Einde inhoudsopgave
RvdW 2020/1157
Eenvoudige belediging. Verdachte heeft de gewraakte WhatsApp-berichten niet aan de benadeelde maar aan een derde verstuurd. Toezending aan beledigde persoon?
HR 27-10-2020, ECLI:NL:HR:2020:1681
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
27 oktober 2020
- Magistraten
Mrs. V. van den Brink, Y. Buruma, A.E.M. Röttgering
- Zaaknummer
19/04352
- Conclusie
A-G mr. E.J. Hofstee
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:1681, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 27‑10‑2020
ECLI:NL:PHR:2020:752, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 08‑09‑2020
Beroepschrift, Hoge Raad, 22‑04‑2020
- Wetingang
Art. 266 Sr
Essentie
Eenvoudige belediging. Verdachte heeft gewraakte WhatsApp-berichten niet aan de benadeelde maar aan een derde verstuurd. ’s Hofs oordeel dat de berichten zijn ‘toegezonden of aangeboden’ aan de beledigde persoon, is niet zonder meer begrijpelijk.
Samenvatting
Het cassatiemiddel klaagt over het oordeel van het hof dat de verdachte WhatsApp-berichten heeft ‘toegezonden of aangeboden’ als bedoeld in art. 266 lid 1 Sr.
Vooropgesteld moet worden dat in artikel 266 Sr met ‘een toegezonden of aangeboden geschrift of afbeelding’ is bedoeld een geschrift dat of afbeelding die aan de desbetreffende (beledigde) persoon is toegezonden of aangeboden (vgl. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.