Einde inhoudsopgave
Algemene landsverordening Landsbelastingen [Nederlandse Antillen]
Artikel 63a [Spontane verstrekking van inlichtingen]
Geldend
Geldend vanaf 20-09-2008
- Redactionele toelichting
De tekst van dit artikel, zoals deze luidde op 01-01-2009 is overgenomen uit Vakstudie Belastingen van de Koninkrijksdelen buiten Europa.
- Bronpublicatie:
26-08-2008, Publicatieblad Nederlandse Antillen 2008, 74 (uitgifte: 26-08-2008, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
20-09-2008
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
26-08-2008, Publicatieblad Nederlandse Antillen 2008, 74 (uitgifte: 26-08-2008, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Belastingen overzeese Koninkrijksdelen / Algemeen
1.
De Minister kan in overleg met de bevoegde autoriteit van een andere staat gevallen of groepen van gevallen aanwijzen waarin hij zonder voorafgaand verzoek inlichtingen zal verstrekken, alsmede de voorwaarden bepalen waaronder die verstrekking zal geschieden.
2.
De in het eerste lid bedoelde aanwijzingen en voorwaarden worden door plaatsing in het Publicatieblad bekend gemaakt.
3.
De Minister kan een bevoegde autoriteit van een andere staat uit eigen beweging inlichtingen verstrekken die voor haar van belang kunnen zijn bij de bepaling van een belastingschuld in de gevallen waarin:
- a.
vermoed wordt dat in de staat van de bevoegde autoriteit ten onrechte een vermindering, ontheffing, teruggaaf of vrijstelling van belasting zou worden verleend dan wel heffing van belasting ten onrechte achterwege zou blijven ingeval de inlichtingen niet zullen worden verstrekt;
- b.
in de Nederlandse Antillen een vermindering, ontheffing, teruggaaf of vrijstelling van belasting is verleend die van invloed kan zijn op de belastingheffing in de staat van de bevoegde autoriteit;
- c.
in de Nederlandse Antillen rechtshandelingen of andere handelingen zijn verricht met het doel de heffing van belasting in de staat van de bevoegde autoriteit geheel of ten dele onmogelijk te maken;
- d.
zulks naar het oordeel van de Minister is geboden.
4.
De Minister zendt degene op wie de inlichtingen betrekking hebben zijn besluit de inlichtingen te verstrekken toe en geeft daarbij een omschrijving van de te verstrekken inlichtingen, onder vermelding van de bevoegde autoriteit aan wie de inlichtingen zullen worden verstrekt.
5.
Voor de toepassing van het eerste en het derde lid is artikel 62, eerste en derde tot en met het zesde lid, van overeenkomstige toepassing.