Einde inhoudsopgave
Subsidieregeling sanering verkeerslawaai
Artikel 10
Geldend
Geldend vanaf 03-02-2015. Let op: treedt met terugwerkende kracht in werking vanaf 01-01-2015
- Bronpublicatie:
29-01-2015, Stcrt. 2015, 2775 (uitgifte: 03-02-2015, regelingnummer: ienm/bsk-2015/14242)
- Inwerkingtreding
03-02-2015, terugwerkend tot: 01-01-2015
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
29-01-2015, Stcrt. 2015, 2775 (uitgifte: 03-02-2015, regelingnummer: ienm/bsk-2015/14242)
- Vakgebied(en)
Bestuursrecht algemeen / Algemeen
Milieurecht / Algemeen
Milieurecht / Bijzondere onderwerpen
Milieurecht / Geluid en trillingen
Omgevingsrecht / Milieu
Omgevingsrecht / Ruimtelijke ordening
1.
Projecten waarvan de gemiddelde geluidsbelasting, na aftrek als bedoeld in artikel 110g van de wet, op de gevels van de 25 hoogst belaste saneringsobjecten binnen het project, afgerond op twee decimalen achter de komma, het hoogste is, komen het eerst in aanmerking voor een subsidie, als bedoeld in artikel 7, eerste lid.
2.
De Minister kan van het eerste lid afwijken, indien:
- a.
de toepassing van het eerste lid, gelet op het belang van het voorkomen of beperken van geluidhinder, zal leiden tot onbillijkheid van overwegende aard;
- b.
de maatregelen in het kader van de sanering samenvallen met een reconstructie van een weg of een wijziging van een spoorweg, of;
- c.
het gevolg van die afwijking is dat projecten vanuit het oogpunt van doelmatigheid en kostenbeheersing gezamenlijk uitgevoerd worden met andere werken.
3.
Bij de berekening van de gemiddelde geluidsbelasting, als bedoeld in het eerste lid, wordt per subsidietijdvak dat de aanvraag eerder is ingediend, met het oog op de rangorde bij de verlening van de subsidies, bedoeld in artikel 7, eerste lid, 1 dB opgeteld.