Einde inhoudsopgave
RvdW 2009, 416
HR, 10-03-2009, nr. 07/10153 B
HR 10-03-2009, ECLI:NL:HR:2009:BG9151
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
10 maart 2009
- Magistraten
Mrs. A.J.A. van Dorst, J. de Hullu, H.A.G. Splinter-van Kan
- Zaaknummer
07/10153 B
- Conclusie
A-G Machielse
- LJN
BG9151
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Strafprocesrecht / Voorfase
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2009:BG9151, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 10‑03‑2009
ECLI:NL:HR:2009:BG9151, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 10‑03‑2009
- Wetingang
Essentie
Het oordeel dat het klaagschrift tegen de inbeslagneming op grond van art. 94 Sv, ongegrond wordt verklaard omdat niet hoogst onwaarschijnlijk is dat de strafrechter het wederrechtelijk voordeel zal ontnemen, geeft blijk van een onjuiste rechtsopvatting. Oordeel dat verbeurdverklaring van de auto niet hoogst onwaarschijnlijk is, is onvoldoende gemotiveerd gelet op hetgeen is aangevoerd.
Samenvatting
Nu art. 94 Sv, waarop de inbeslagneming was gebaseerd, alleen betrekking heeft op voorwerpen die de waarheid aan het licht kunnen brengen of wederrechtelijk verkregen voordeel kunnen aantonen, geeft het oordeel dat het klaagschrift tegen de inbeslagneming ongegrond wordt ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.