HR, 24-06-2008, nr. 00335/07
ECLI:NL:HR:2008:BD2743
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
24-06-2008
- Zaaknummer
00335/07
- LJN
BD2743
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten en formele relaties
ECLI:NL:PHR:2008:BD2743, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 24‑06‑2008
Arrest Hoge Raad: ECLI:NL:HR:2008:BD2743
ECLI:NL:HR:2008:BD2743, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 24‑06‑2008; (Cassatie)
Conclusie: ECLI:NL:PHR:2008:BD2743
- Vindplaatsen
Conclusie 24‑06‑2008
Inhoudsindicatie
Nu verdachte niet binnen de bij de wet gestelde termijn bij de HR door een raadsman een schriftuur houdende middelen van cassatie heeft doen indienen, is niet in acht genomen het voorschrift van art. 437.2 Sv, zodat verdachte in het beroep niet kan worden ontvangen.
Nr. 00335/07
Mr. Schipper
Zitting: 27 mei 2008
Conclusie inzake:
[Verdachte]
1. Het Gerechtshof te Leeuwarden heeft bij arrest van 4 september 2006 -met vernietiging van een bij verstek gewezen vonnis van de Politierechter in de Rechtbank te Leeuwarden van 3 januari 2002- de verdachte vrijgesproken van het hem bij inleidende dagvaarding tenlastegelegde. Voorts heeft het Hof ten aanzien van een inbeslaggenomen Porsche de bewaring gelast ten behoeve van de rechthebbende, een en ander zoals in het arrest is vermeld.
2. Er bestaat samenhang met de zaken 00332/07, 00333/07, 00334/07 en 00336/07 tegen de verdachte. In al deze zaken zal ik vandaag concluderen.
3. Tegen deze uitspraak heeft de verdachte cassatie ingesteld. Er is niet binnen de termijn als bedoeld in art. 437 lid 2 Sv een schriftuur houdende middelen van cassatie bij de Hoge Raad binnengekomen, zodat de verdachte niet-ontvankelijk moet worden verklaard in het ingestelde cassatieberoep.
4. Deze conclusie strekt tot niet-ontvankelijkverklaring van de verdachte in zijn beroep in cassatie.
De Procureur-Generaal
bij de Hoge Raad der Nederlanden
AG
Uitspraak 24‑06‑2008
Inhoudsindicatie
Nu verdachte niet binnen de bij de wet gestelde termijn bij de HR door een raadsman een schriftuur houdende middelen van cassatie heeft doen indienen, is niet in acht genomen het voorschrift van art. 437.2 Sv, zodat verdachte in het beroep niet kan worden ontvangen.
24 juni 2008
Strafkamer
nr. 00335/07
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te Leeuwarden van 4 september 2006, nummer 24/000072-02, in de strafzaak tegen:
[Verdachte], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1969, wonende te [woonplaats].
1. Geding in cassatie
Het beroep is ingesteld door de verdachte. Middelen van cassatie zijn namens deze niet voorgesteld.
De Advocaat-Generaal Schipper heeft geconcludeerd dat de Hoge Raad de verdachte niet-ontvankelijk zal verklaren in het beroep.
2. Beoordeling van de ontvankelijkheid van het beroep
Nu de verdachte niet binnen de bij de wet gestelde termijn bij de Hoge Raad door een raadsman een schriftuur houdende middelen van cassatie heeft doen indienen, is niet in acht genomen het voorschrift van art. 437, tweede lid, Sv, zodat de verdachte in het beroep niet kan worden ontvangen.
3. Beslissing
De Hoge Raad verklaart de verdachte niet-ontvankelijk in het beroep.
Dit arrest is gewezen door de vice-president F.H. Koster als voorzitter, en de raadsheren A.J.A. van Dorst, W.A.M. van Schendel, J.W. Ilsink en H.A.G. Splinter-van Kan, in bijzijn van de griffier S.P. Bakker, en uitgesproken op 24 juni 2008.