RvdW 2008, 508
HR, 29-04-2008, nr. 07/10473 Hs
HR 29-04-2008, ECLI:NL:PHR:2008:BC9956
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
29 april 2008
- Magistraten
Mrs. G.J.M. Corstens, B.C. de Savornin Lohman, W.A.M. van Schendel
- Zaaknummer
07/10473 Hs
- Conclusie
A-G Vellinga
- LJN
BC9956
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2008:BC9956, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 29‑04‑2008
ECLI:NL:PHR:2008:BC9956, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 29‑04‑2008
Beroepschrift, Hoge Raad, 21‑07‑2007
- Wetingang
Sv art. 457
Essentie
De herzieningsaanvrage wordt afgewezen, nu aannemelijk is dat de rechtbank, die met een verkort vonnis heeft volstaan, het resultaat van de onvoldoende betrouwbare geuridentificatieproef niet voor het bewijs heeft gebruikt en niet aannemelijk is dat de rechtbank de bekennende verklaring van verdachte zou hebben uitgesloten voor het bewijs omdat die uitsluitend het gevolg zou zijn van de — achteraf onregelmatig gebleken — geuridentificatieproef.
Partij(en)
Arrest op de aanvrage tot herziening van een in kracht van gewijsde gegaan vonnis van de Rechtbank te Arnhem van 12 juli 2001, parketnummer 05/090107-01, ingediend door mr. G.A.E.M. van Zinnicq Bergman, advocaat ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.