RvdW 2008, 434
HR, 08-04-2008, nr. 01213/07
HR 08-04-2008, ECLI:NL:HR:2008:BC5982
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
8 april 2008
- Magistraten
Mrs. G.J.M. Corstens, W.A.M. van Schendel, J. de Hullu
- Zaaknummer
01213/07
- Conclusie
A-G Machielse
- LJN
BC5982
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2008:BC5982, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 08‑04‑2008
ECLI:NL:HR:2008:BC5982, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 08‑04‑2008
Beroepschrift, Hoge Raad, 19‑07‑2007
- Wetingang
Essentie
1. Door het met kracht onder in de rug steken van het slachtoffer, was sprake van voorwaardelijk opzet op de dood van slachtoffer.
2. Nu de aanval op verdachte bestond uit het slaan met de blote hand/vuist, heeft verdachte de grenzen van noodzakelijke verdediging overschreden.
Samenvatting
- 1.
Door het met een mes toebrengen van een diepe steekwond in de rug van het slachtoffer heeft verdachte zich willens en wetens blootgesteld aan de aanmerkelijke kans dat hij het slachtoffer van het leven zou beroven, in aanmerking genomen dat de verdachte zich ervan bewust moet zijn geweest dat hij ten ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.