NJB 2007, 1652
HR, 03-07-2007, nr. 02012/06
HR 03-07-2007, ECLI:NL:HR:2007:BA4994
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
3 juli 2007
- Magistraten
Mrs. Corstens, Balkema en Van Schendel
- Zaaknummer
02012/06
- Conclusie
A-G Vellinga
- LJN
BA4994
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Internationaal strafrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2007:BA4994, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 03‑07‑2007
ECLI:NL:HR:2007:BA4994, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 03‑07‑2007
Beroepschrift, Hoge Raad, 28‑11‑2006
- Wetingang
Essentie
Wegens openlijk in vereniging geweld plegen tegen personen werd de verdachte in hoger beroep veroordeeld tot vier maanden gevangenisstraf.
De klacht van het eerste middel inhoudend dat de verdachte niet in de gelegenheid is gesteld te reageren op de waarneming van het hof mist feitelijke grondslag omdat verdachte direct daarna in de gelegenheid is gesteld daarop te reageren en de verdachte voorts die gelegenheid heeft gehad bij pleidooi en het laatste woord.
De klacht van het tweede middel houdt in dat art. 6 EVRM is geschonden en in het bijzonder het recht op berechting door ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.