RvdW 2007, 590
Betekening appeldagvaarding en mogelijkheid tot klagen daarover door niet-gemachtigd raadsman.
HR 05-06-2007, ECLI:NL:PHR:2007:AZ8360
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
5 juni 2007
- Magistraten
Mrs. F.H. Koster, A.J.A. van Dorst, B.C. de Savornin Lohman, W.A.M. van Schendel, J. de Hullu
- Zaaknummer
01364/06
- Conclusie
A-G Machielse
- LJN
AZ8360
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Tenuitvoerlegging
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2007:AZ8360, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 05‑06‑2007
ECLI:NL:PHR:2007:AZ8360, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 05‑06‑2007
Beroepschrift, Hoge Raad, 21‑07‑2006
- Wetingang
Sv art. 279; Sv art. 358 lid 3; Sv art. 588
Essentie
Een niet-gemachtigd raadsman kan niet in de gelegenheid worden gesteld verweer te voeren over de geldigheid van de appeldagvaarding. Wel kan dan in cassatie kan worden geklaagd over het (impliciete) oordeel van de rechter dat de dagvaarding rechtsgeldig is betekend.
Samenvatting
In HR NJ 2002, 77 is uitgemaakt dat een raadsman die niet cfm art. 279 Sv is gemachtigd geen van de bij de wet aan hem toegekende rechten en bevoegdheden kan uitoefenen, behoudens het voeren van het woord ter toelichting van de afwezigheid van de verdachte en het verzoeken om aanhouding van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.