NJB 2007, 1405
HR, 05-06-2007, nr. 01364/06
HR 05-06-2007, ECLI:NL:PHR:2007:AZ8360
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
5 juni 2007
- Magistraten
Mrs. Koster, Van Dorst, De Savornin Lohman, Van Schendel en De Hullu
- Zaaknummer
01364/06
- Conclusie
A-G Machielse
- LJN
AZ8360
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Tenuitvoerlegging
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2007:AZ8360, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 05‑06‑2007
ECLI:NL:PHR:2007:AZ8360, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 05‑06‑2007
Beroepschrift, Hoge Raad, 21‑07‑2006
- Wetingang
Essentie
Wegens inbraak werd de verdachte in hoger beroep veroordeeld tot twee maanden gevangenisstraf.
De Hoge Raad wijdt voorafgaande aan de bespreking van het middel beschouwingen aan de rechtspositie van de wel en van de niet gemachtigde raadsman van een niet verschenen verdachte die uitmonden in de conclusie (rechtsoverweging 3.3.) dat er ‘onvoldoende grond bestaat een cassatieklacht over een betekeningsverzuim in een geval waarin een niet-gemachtigde raadsman — hoewel in strijd met de wet — in de gelegenheid is geweest die klacht aan de feitenrechter voor te leggen doch die gelegenheid onbenut heeft gelaten, anders te behandelen dan een cassatieklacht ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.