Einde inhoudsopgave
RvdW 2007, 324
Persoonsverwisseling en ontvankelijkheid hoger beroep.
HR 13-03-2007, ECLI:NL:HR:2007:AZ6133
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
13 maart 2007
- Magistraten
Mrs. G.J.M. Corstens, B.C. de Savornin Lohman, W.M.E. Thomassen
- Zaaknummer
00926/06
- Conclusie
A-G Bleichrodt
- LJN
AZ6133
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2007:AZ6133, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 13‑03‑2007
ECLI:NL:HR:2007:AZ6133, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 13‑03‑2007
Beroepschrift, Hoge Raad, 14‑09‑2005
- Wetingang
Essentie
De opvatting dat een persoon ten aanzien van wie een veroordelend vonnis is gewezen, niet in zijn hoger beroep kan worden ontvangen, indien vaststaat dat die persoon ten onrechte als verdachte is aangemerkt wegens een persoonsverwisseling, is onjuist.
Voorgaande uitspraak
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te Amsterdam van 7 september 2004, nummer 23/004303–03, in de strafzaak tegen: G.F.V.
Hoge Raad:
1. De bestreden uitspraak
Het Hof heeft in hoger beroep de verdachte vrijgesproken van het bij inleidende dagvaarding tenlastegelegde.
3. Beoordeling van het eerste middel
3.1
Het eerste middel behelst ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.