RvdW 2007, 56
Ten onrechte verstek, nu verdachte achteraf gedetineerd blijkt te zijn geweest ten tijde van behandeling in hoger beroep.
HR 19-12-2006, ECLI:NL:HR:2006:AZ1660
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
19 december 2006
- Magistraten
Mrs. G.J.M. Corstens, B.C. de Savornin Lohman, W.A.M. van Schendel
- Zaaknummer
00404/06
- Conclusie
A-G Wortel
- LJN
AZ1660
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2006:AZ1660, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 19‑12‑2006
ECLI:NL:HR:2006:AZ1660, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 19‑12‑2006
Essentie
Ten onrechte verstek, nu verdachte achteraf gedetineerd blijkt te zijn geweest ten tijde van behandeling in hoger beroep.
Voorgaande uitspraak
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een bij verstek gewezen arrest van het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch van 4 mei 2005, nummer 20/001851–03, in de strafzaak tegen:
[Verdachte], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1975, zonder bekende woon- of verblijfplaats hier te lande.
Hoge Raad:
1. De bestreden uitspraak
Het Hof heeft in hoger beroep — met vernietiging van een vonnis van de Rechtbank te Roermond van 4 februari 2003 — de verdachte vrijgesproken van het bij inleidende dagvaarding ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.