JOL 2004, 697
Ontvankelijkheidsperikelen bij cassatieberoep tegen onttrekking aan het verkeer en beslissing op beklag tegen de inbeslagneming van dezelfde goederen.
HR 14-12-2004, ECLI:NL:HR:2004:AR2036
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
14 december 2004
- Magistraten
Mrs. F.H. Koster, G.J.M. Corstens, A.J.A. van Dorst, W.A.M. van Schendel, J. de Hullu
- Zaaknummer
00395/04B
00396/04B
- Conclusie
A-G W.H. Vellinga
- LJN
AR2036
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2004:AR2036, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 14‑12‑2004
ECLI:NL:HR:2004:AR2036, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 14‑12‑2004
Essentie
Ontvankelijkheidsperikelen bij cassatieberoep tegen onttrekking aan het verkeer en beslissing op beklag tegen de inbeslagneming van dezelfde goederen.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een beschikking van het Gerechtshof te 's‑Hertogenbosch van 15 januari 2004, nummer RK 7604, op een beklag als bedoeld in artikel 552a van het Wetboek van Strafvordering, ingediend door:
[klager 1], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1946, te [woonplaats]
tegen
[klager 2], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1945, te [woonplaats]
Voorgaande uitspraak
Hoge Raad:
1. De bestreden beschikking
Het Hof heeft ongegrond verklaard het door klagers ingediende beklag strekkende ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.