JOL 2004, 293
Gevolgen verzuim vordering tot ontneming wederrechtelijk verkregen voordeel gelijk te betekenen met de sluiting van het strafrechtelijk financieel onderzoek.
HR 01-06-2004, ECLI:NL:HR:2004:AO3438
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
1 juni 2004
- Magistraten
Mrs. W.J.M. Davids, G.J.M. Corstens, A.J.A. van Dorst, B.C. de Savornin Lohman, J.W. Ilsink
- Zaaknummer
0126903P
- Conclusie
A-G Vellinga
- LJN
AO3438
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2004:AO3438, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 01‑06‑2004
ECLI:NL:HR:2004:AO3438, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 01‑06‑2004
Essentie
Gevolgen verzuim vordering tot ontneming wederrechtelijk verkregen voordeel gelijk te betekenen met de sluiting van het strafrechtelijk financieel onderzoek.
Voorgaande uitspraak
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een uitspraak van het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch van 14 februari 2003, nummer 20/001705–01, op een vordering tot ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel ten laste van:
[Betrokkene], geboren te [geboorteplaats] (Turkije) op [geboortedatum] 1956, te [woonplaats].
Hoge Raad:
1. De bestreden uitspraak
Het Hof heeft in hoger beroep — met vernietiging van een beslissing van de Rechtbank te 's-Hertogenbosch van 31 mei 2003 — de betrokkene de verplichting opgelegd tot ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.