JOL 2003, 221
Ontneming. Om doelmatigheidsredenen vermindert HR het opgelegde bedrag, nu van een gedeelte daarvan niet kan blijken dat het aan de betrokkene toebehoorde.
HR 08-04-2003, ECLI:NL:HR:2003:AF4334
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
8 april 2003
- Magistraten
W.J.M. Davids, F.H. Koster, G.J.M. Corstens, A.M.J. van Buchem-Spapens, E.J. Numann
- Zaaknummer
00805/02P
- Conclusie
A-G Machielse
- LJN
AF4334
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2003:AF4334, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 08‑04‑2003
ECLI:NL:HR:2003:AF4334, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 08‑04‑2003
Essentie
Ontneming. Om doelmatigheidsredenen vermindert HR het opgelegde bedrag, nu van een gedeelte daarvan niet kan blijken dat het aan de betrokkene toebehoorde.
Voorgaande uitspraak
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te Arnhem van 25 januari 2002, nummer 21/000376–01, op een vordering tot ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel ten laste van [betrokkene], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1952, wonende te [woonplaats].
Hoge Raad:
1. De bestreden uitspraak
Het Hof heeft in hoger beroep — met vernietiging van een vonnis van de Arrondissementsrechtbank te Almelo van 5 februari 2001 — de betrokkene de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.