NJ 1997, 706
Ontoereikend bewijs: ‘bestuurder’ cfm. 33a lid 2 WVW is wie van overtreding van 26 WVW verdacht wordt
HR 03-06-1997, ECLI:NL:HR:1997:ZD0732
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
3 juni 1997
- Magistraten
Hermans, Keijzer, Davids, Van Erp Taalman Kip-Nieuwenkamp, Corstens
- Zaaknummer
104628
- Conclusie
A-G Machielse
- LJN
ZD0732
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Materieel strafrecht / Sancties
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1997:ZD0732, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 03‑06‑1997
- Wetingang
WVW art. 26; WVW art. 33a lid 2
Essentie
Ontoereikend bewijs: ‘bestuurder’ cfm. art. 33a lid 2 WVW is wie van overtreding van art. 26 WVW verdacht wordt.
Voorgaande uitspraak
Arrest op het beroep in cassatie tegen een bij verstek gewezen arrest van het Gerechtshof te Amsterdam van 8 maart 1996 in de strafzaak tegen S.K., te Harderwijk, adv. mr. S.B. Kleerekooper te Utrecht.
Hof:
Bewezenverklaring
Ten laste van de verdachte is bewezenverklaard dat hij op 27 januari 1994 te Amersfoort als bestuurder van een motorrijtuig, tegen wie verdenking was gerezen te hebben gehandeld in strijd met artikel 26 van de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.