NJ 1988, 263
HR, 13-10-1987, nr. 2014
HR 13-10-1987, ECLI:NL:PHR:1987:AC3220, m.nt. Th.W. van Veen
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
13 oktober 1987
- Magistraten
Van Der Ven, Bronkhorst, Mout, Keijzer, Govaerts, Remmelink
- Zaaknummer
2014
- Noot
Th.W. van Veen
- LJN
AC3220
- JCDI
JCDI:ADS145982:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Materieel strafrecht / Sancties
Strafprocesrecht (V)
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1987:AC3220, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 13‑10‑1987
ECLI:NL:PHR:1987:AC3220, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 13‑10‑1987
- Wetingang
Sr art. 36b lid 1
Essentie
Tekst noch strekking van de wet noopt tot het oordeel dat, indien een officier van Justitie niet de gelegenheid heeft benut om ter terechtzitting de onttrekking aan het verkeer te vorderen en de zaak geeindigd is door een einduitspraak, de officier van Justitie in zijn vordering tot onttrekking aan het verkeer bij afzonderlijke beschikking niet-ontvankelijk zou moeten worden verklaard.
Voorgaande uitspraak
Beschikking in raadkamer op het beroep in cassatie tegen een beschikking, als bedoeld in art. 36b eerste lid onder 4e Sr en art. 552f Sv, van de Rb. te Leeuwarden van 5 jan. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.