HR, 08-03-1977, nr. 68688

Documentgegevens:

HR 08-03-1977, ECLI:NL:PHR:1977:AC0248, m.nt. H.W.V.V.

Instantie: Hoge Raad (Strafkamer)
Datum: 8 maart 1977
Magistraten: Moons, Fikkert, Bronkhorst, Royer, Van Den Blink
Zaaknummer: 68688
Noot: H.W.V.V.
LJN: AC0248
JCDI: JCDI:ADS160297:1
Vakgebied(en): Onbekend (V)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Materieel strafrecht / Sancties
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Strafprocesrecht / Voorfase
Brondocumenten: ECLI:NL:HR:1977:AC0248, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 08‑03‑1977
ECLI:NL:PHR:1977:AC0248, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 08‑03‑1977
Wetingang: Sv art. 141; Sv art. 146; Sv art. 154; Sv art. 261; Sv art. 351; Sv art. 359; Sv art. 441; WVW art. 26; WVW art. 33a; WVW art. 36

Essentie

Toereikend bewijs van veroorzaken van letsel door schuld als automobilist onder invloed van alcohol.

Geen tegenstrijdig bewijs.

Zwaar lichamelijk letsel; gebroken enkel.

Bevoegdheid van ambtenaren van Rijkspolitie.

Weigering van toestemming tot het onderzoek conform art. 26, tweede lid, WVW moet voor veroordeling ter zake van art. 33a, derde lid, WVW zijn gesteld en bewezen.

Arrest a quo: twee feiten, een gevangenisstraf.

Hoge Raad: Ontslag van rechtsvervolging voor een feit, en terugwijzing ter bepaling van de straf voor het andere.

Samenvatting

De verhardingen van B.P.: ‘R.P. brak haar been op twee plaatsen’ en van R.P.: ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.