HR, 07-12-1976, nr. 68470

Documentgegevens:

HR 07-12-1976, ECLI:NL:PHR:1976:AC0068

Instantie: Hoge Raad (Strafkamer)
Datum: 7 december 1976
Magistraten: Moons, Fikkert, Van Der Ven, Bronkhorst, Royer
Zaaknummer: 68470
LJN: AC0068
Vakgebied(en): Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Strafprocesrecht / Voorfase
Internationaal belastingrecht / Algemeen
Brondocumenten: ECLI:NL:HR:1976:AC0068, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 07‑12‑1976
ECLI:NL:PHR:1976:AC0068, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 07‑12‑1976
Wetingang: Sv art. 153; Sv art. 306; Sv art. 343; Sv art. 344; Sv art. 362; Sv art. 364; RO art. 99; EVRM art. 6

Essentie

Hebben verbalisanten requirants gedragingen beoordeeld en gewaardeerd?

De verklaring van de L. in het ambtsedig proces-verbaal is geen gissing. Niet hoeft te blijken hoe het verklaarde aan hem bekend was.

Een mededeling in het verslag van een getuige-deskundige die geen deel uitmaakt van de deskundigen-verklaring.

Verdachte die de Nederlandse taal niet verstaat. Uitspraak arrest en kennisgeving van het openstaande rechtsmiddel zonder bijstand van een tolk.

Requirant niet geschaad door dit verzuim.

Samenvatting

Het hanteren van het woord ‘vluchtweg’ is door Rechtbank en Hof kennelijk niet opgevat als het uiten van een oordeel over het strafbare karakter van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.