NJ 1973, 356
HR, 19-06-1973
HR 19-06-1973, ECLI:NL:PHR:1973:AB5296
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
19 juni 1973
- Magistraten
Kazemier, Moons, Fikkert, Van Dijk, Van Der Ven
- Zaaknummer
[1973-06-19/NJ_54246]
- LJN
AB5296
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1973:AB5296, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 19‑06‑1973
ECLI:NL:PHR:1973:AB5296, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 19‑06‑1973
- Wetingang
Sv art. 341
Essentie
Als ongeloofwaardig en leugenachtig bestempeld gedeelte van verklaring van verdachte kan tot bewijs strekken.
Samenvatting
Het staat aan de rechter, die over de feiten oordeelt, vrij aan de verklaring van een verdachte zodanige waarde toe te kennen als hem juist voorkomt en derhalve behoefde het Hof aan de in de verklaring van requirant gelegen ontkenning geen geloof te hechten en mocht het die verklaring in zoverre zonder nadere motivering als ongeloofwaardig bestempelen.
Het Hof heeft voor zijn oordeel, dat bedoeld gedeelte van requirants verklaring bovendien leugenachtig is — waarmede het Hof kennelijk tot uitdrukking heeft willen brengen, dat ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.