NJ 2020/100
Profijtontneming: opnieuw aangebrachte vordering niet ingediend binnen 2 jaar na vonnis in strafzaak.
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
10 december 2019
- Magistraten
Mrs. J. de Hullu, Y. Buruma, A.L.J. van Strien, M.J. Borgers, J.C.A.M. Claassens
- Zaaknummer
18/04224
- Conclusie
A-G mr. D.J.C. Aben
- Noot
W.H. Vellinga
- Folio weergave
- JCDI
JCDI:ADS192868:1
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Bijzondere onderwerpen
Materieel strafrecht / Sancties
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2019:1932, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 10‑12‑2019
ECLI:NL:PHR:2019:833, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 27‑08‑2019
Beroepschrift, Hoge Raad, 21‑12‑2018
- Wetingang
Essentie
Profijtontneming: opnieuw aangebrachte vordering niet ingediend binnen 2 jaar na vonnis in strafzaak.
De wet verbindt aan niet-naleving van de in art. 511b lid 1 Sv genoemde termijn geen rechtsgevolg. Volgens de wetsgeschiedenis leidt overschrijding van deze termijn tot niet-ontvankelijkheid van de OvJ in de ontnemingsvordering. Bijzondere omstandigheden kunnen echter meebrengen dat de belangen die art. 511b lid 1 Sv beoogt te beschermen, niet wezenlijk in het geding zijn en niet-ontvankelijkverklaring achterwege blijft.
Samenvatting
Procesverloop: De OvJ heeft op 6 december 2010 — binnen twee jaar na het op 5 februari 2009 gewezen vonnis ...