V-N 2020/9.9
Deelnemingsvrijstelling volgens A-G niet van toepassing op rente over earn-out- en antispeculatievergoeding
HR (Parket) 19-12-2019, ECLI:NL:PHR:2019:1367, m.nt. Redactie Vakstudie Nieuws
- Instantie
Hoge Raad (Parket)
- Datum
19 december 2019
- Zaaknummer
19/03616
- Conclusie
A-G Wattel
- Noot
Redactie Vakstudie Nieuws
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS186298:1
- Vakgebied(en)
Vennootschapsbelasting / Deelnemingsvrijstelling
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:1503, Uitspraak, Hoge Raad, 25‑09‑2020
Beroepschrift, Hoge Raad, 19‑12‑2019
ECLI:NL:PHR:2019:1367, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 19‑12‑2019
- Wetingang
art. 13 Wet VPB 1969
Essentie
Advocaat-generaal Wattel concludeert dat de deelnemingsvrijstelling niet van toepassing is op moratoire interesten wegens te late betaling. De A-G stelt daarbij vast dat de wettelijke rente en de contractuele rente niet als tegenprestatie zijn overeengekomen.
Samenvatting
X bv en B bv houden de aandelen in C bv. In 2006 verkoopt X bv de aandelen C bv voor € 2,5 mln. aan B bv. Hierbij wordt ook een earn-outvergoeding overeengekomen. B bv verkoopt de aandelen in 2008 voor € 8,5 mln. aan Q bv. X bv start een civiele procedure tegen B bv, omdat er onenigheid is over de hoogte van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.