Einde inhoudsopgave
RvdW 2020/694
Art. 81 lid 1 RO. Financieel recht. Contractenrecht. Zorgplicht bank. Onvoorziene omstandigheden bij renteswapovereenkomsten gebaseerd op Euribor-rentetarief.
HR 29-05-2020, ECLI:NL:HR:2020:985
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
29 mei 2020
- Magistraten
Mrs. C.E. du Perron, M.J. Kroeze, C.H. Sieburgh
- Zaaknummer
19/00272
- Conclusie
A-G mr. M.H. Wissink
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
Verbintenissenrecht / Overeenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:985, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 29‑05‑2020
ECLI:NL:PHR:2020:94, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 10‑01‑2020
Essentie
Art. 81 lid 1 RO. Financieel recht. Contractenrecht. Zorgplicht bank. Onvoorziene omstandigheden bij renteswapovereenkomsten gebaseerd op Euribor-rentetarief.
Partij(en)
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
CIVIELE KAMER
Nummer 19/00272
Datum 29 mei 2020
ARREST
In de zaak van
[eiseres] B.V., gevestigd te [vestigingsplaats],
EISERES tot cassatie, verweerster in het voorwaardelijk incidenteel cassatieberoep,
hierna: [eiseres],
advocaat: M.B.A. Alkema,
tegen
DE VOLKSBANK N.V. (voorheen genaamd SNS Bank N.V.), gevestigd te Utrecht,
VERWEERSTER in cassatie, eiseres in het voorwaardelijk incidenteel cassatieberoep,
hierna: De Volksbank,
advocaten: F.E. Vermeulen en B.F.L.M. Schim.
Conclusie
Conclusie A-G mr. M.H. Wissink:
Deze zaak ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.