Einde inhoudsopgave
Landsverordening omzetbelasting 1999 [Nderlandse Antillen]
Artikel 1 [Begripsbepalingen]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2012
- Redactionele toelichting
De tekst van deze regeling, zoals deze luidde op 01-01-2012, is overgenomen uit Vakstudie Belastingen van de Koninkrijksdelen buiten Europa.
- Bronpublicatie:
21-12-2011, Publicatieblad Nederlandse Antillen 2011, 72 (uitgifte: 22-12-2011, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-01-2012
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
22-12-2011, Publicatieblad Nederlandse Antillen 2011, 74 (uitgifte: 22-12-2011, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Belastingen overzeese Koninkrijksdelen / Algemeen
1.
In deze landsverordening en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
- a.
Minister: de Minister van Financiën;
- b.
diensten: alle prestaties niet zijnde leveringen van goederen die tegen vergoeding worden verricht;
- c.
goederen: alle lichamelijke zaken, met uitzondering van water, elektriciteit en gas;
- d.
heffingsgebied: het grondgebied van de Nederlandse Antillen, bedoeld in artikel 1 van de Staatsregeling van de Nederlandse Antillen, met uitzondering van de eilandgebieden Saba, Sint Eustatius en Sint Maarten;
- e.
ondernemer: een ieder die een bedrijf of beroep zelfstandig uitoefent, alsmede een ieder die een vermogensbestanddeel exploiteert om er duurzaam opbrengst uit te verkrijgen;
- f.
vergoeding: al hetgeen ter zake van het leveren van een goed of het verrichten van een dienst in rekening wordt gebracht, de omzetbelasting daaronder niet begrepen. In geval terzake van de levering of de dienst meer wordt voldaan dan hetgeen verschuldigd is, komt in plaats daarvan in aanmerking hetgeen is voldaan. Onder vergoeding wordt voorts niet begrepen rente wegens het ter beschikking stellen van gelden;
- g.
handelsgoederen: goederen bestemd voor de wederverkoop alsmede goederen bestemd om te worden verwerkt, bewerkt of geassembleerd tot een nieuw handelsprodukt in de eigen onderneming.
2.
Onder diensten als bedoeld in het eerste lid, onderdeel d[lees: b], worden niet verstaan de diensten verleend aan lichamen als bedoeld in het derde lid, die door advocaten, juridische- en belastingadviseurs, administratie- en trustkantoren, accountants, banken en notarissen als zodanig worden verricht.
3.
Onder ondernemer als bedoeld in het eerste lid, onderdeel e, worden niet verstaan lichamen die in het bezit zijn van een ontheffing krachtens de Regeling Deviezenverkeer Curaçao en Sint Maarten, voor zover zij op het buitenland gerichte activiteiten verrichten.
4.
Bij ministeriële beschikking met algemene werking kan worden bepaald, dat publiekrechtelijke lichamen die, anders dan als ondernemer, prestaties verrichten welke uit hun aard ook door ondernemers kunnen worden verricht, met betrekking tot die prestaties als ondernemer worden aangemerkt.