Einde inhoudsopgave
Onteigeningswet BES
Artikel 55
Geldend
Geldend vanaf 10-10-2010
- Redactionele toelichting
Tekstplaatsing van de Onteigeningsverordening, zoals gewijzigd bij de Aanpassingswet openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba (17-05-2010, Stb. 350) en de Aanpassingsregeling BES-wetten (28-09-2010, Stcrt. 15040). Tijdstip iwtr.: 00.00 uur in Bonaire, Sint Eustatius en Saba. 06.00 uur in het Europese deel van Nederland.
- Bronpublicatie:
14-09-2010, Stb. 2010, 517 (uitgifte: 01-10-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
10-10-2010
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
30-09-2010, Stb. 2010, 389 (uitgifte: 07-10-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Juridische beroepen / Notaris
1.
De onteigenende partij, die het in het voorgaande artikel omschreven recht wenst te verkrijgen, moet dit bij het in artikel 18 bedoeld verzoekschrift mededelen en bij het verzoek, bedoeld in het tweede lid van artikel 23, vorderen dat de rechter-commissaris de bedragen zal bepalen waartoe zekerheid gesteld zal moeten worden. Is dit geschied dan worden die bedragen door de rechter-commissaris afzonderlijk voor de wederpartij en voor ieder van de derde belanghebbenden, welke zekerheidsstelling verlangen, bepaald, onmiddellijk nadat het onderzoek der deskundigen, bedoeld in artikel 27, heeft plaats gehad.
2.
Te dien einde zal de rechter-commissaris de wederpartij en de derde belanghebbenden, welke zekerheidsstelling verlangen, gelegenheid geven zich omtrent de bedragen van de zekerheidsstellingen te verklaren en de deskundigen daaromtrent horen.
3.
De deskundigen brengen binnen veertien dagen na hun benoeming verslag uit. De rechter-commissaris kan deze termijn eenmaal met ten hoogste veertien dagen verlengen.
4.
De bedragen van de zekerheidsstelling worden in overeenstemming met hetgeen is verlangd bepaald, tenzij de rechter-commissaris termen aanwezig acht om daarvan af te wijken, zullende echter het gezamenlijk bedrag van de ten behoeve van de wederpartij en de derde belanghebbenden te stellen zekerheid ten minste worden bepaald op de som welke ter voldoening aan het bepaalde in artikel 21 als schadeloosstelling is aangeboden.
5.
Bij onteigening van een met eeuwigdurende erfpacht bezwaard perceel wordt het bedrag van de te stellen zekerheid afzonderlijk bepaald voor de eigenaar en voor de erfpachter.
6.
Van hetgeen door en ten overstaan van de rechter-commissaris is verricht en verklaard, wordt een proces-verbaal opgemaakt. De beschikking van de rechter-commissaris, waarbij de bedragen zijn bepaald, wordt in het proces-verbaal opgenomen.
7.
Van deze beschikking staat geen voorziening open.