Toetsing van besluiten in het rechtspersonenrecht
Einde inhoudsopgave
Toetsing van besluiten in het rechtspersonenrecht (IVOR nr. 89) 2012/2.6.1:2.6.1 bepalingen over de toetsing van besluiten in het Ontwerp Jolles
Toetsing van besluiten in het rechtspersonenrecht (IVOR nr. 89) 2012/2.6.1
2.6.1 bepalingen over de toetsing van besluiten in het Ontwerp Jolles
Documentgegevens:
A.J.M. Klein Wassink, datum 14-05-2012
- Datum
14-05-2012
- Auteur
A.J.M. Klein Wassink
- JCDI
JCDI:ADS601964:1
- Vakgebied(en)
Ondernemingsrecht (V)
Toon alle voetnoten
Voetnoten
Voetnoten
MvT Ontwerp Jolles, p. 962. Het gaat dus eigenlijk over het aandeelhoudersabsenteïsme en dat speelt bij besluitvorming nog steeds.
MvT Ontwerp Jolles, p. 969.
Verdam 1940a, p. 89.
Handelingen Tweede Kamer 1871-1872, bijlage 3 p. 2214 ev.
Mulder 1848, p. 76, Asser 1879, p. 32 ev., Vonck 1914, p. 181 — 183.
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
In de artikelen 34 tot en met 39 bevatte het ontwerp Jolles voorschriften over de bijeenroeping van een algemene vergadering, de agenda en het aan de aandelen verbonden stemrecht.1 Artikel 38 bevatte een bepaling over de besluitvorming in geval van een statutenwijziging. Als een besluit genomen werd in een vergadering waarin meer dan de helft van het geplaatste kapitaal vertegenwoordigd was, dan had:
`... inderdaad de meerderheid haar gevoelen uitgesproken, en zou een latere vergadering of onnut tijdverlies zijn of bij wegblijven van velen, juist aan een geringer aantal vennooten, aan ene minderheid het overwigt verzekeren.'2
Om te voorkomen dat een besluit waarin de mening van minderheid van de aandeelhouders niet doorklonk en `... slechts de vrucht van een vooraf beraamd overleg eener geringe minderheid, die ten opzichte van het bestuur zeer gunstig of zeer ongunstig is gestemd' was, werd in art. 39 van het ontwerp aan aandeelhouders en bestuurders de bevoegdheid verleend tegen dergelijke besluiten in beroep te gaan bij de algemene vergadering. Hieraan lag de gedachte ten grondslag dat de minderheid van de aandeelhouders beschermd moest worden tegen de meerderheid die in een vergadering, gebruik makend van haar machtspositie, de besluitvorming naar haar hand zou kunnen zetten.3 Zoals uit de verslagen van de behandeling van het ontwerp in de Tweede Kamer blijkt, is vooral gesproken over de reikwijdte van art. 39. Besproken werd of dit artikel zou gelden voor besluiten over alle onderwerpen of alleen voor besluiten tot statutenwijziging. In de voorgestelde tekst kon gelezen worden dat art. 39 terug zou slaan op art. 38 en dat zou gevolgen hebben voor de reikwijdte van art. 39. In die lezing zou het artikel een beperkte reikwijdte hebben en alleen van toepassing zijn op besluiten tot statutenwijziging.4 De tekst liet ook een ruimere uitleg toe. In de voorgestelde tekst van het artikel werd namelijk 'elk besluit' gebruikt. Dat opende de mogelijkheid het artikel zo uit te leggen dat het van toepassing zou zijn op alle besluiten - dus niet alleen besluiten tot statutenwijziging - die genomen waren in een algemene vergadering waarin minder dan de helft van het geplaatste kapitaal vertegenwoordigd was. Uit de memorie van toelichting wordt niet duidelijk wat de juiste lezing zou moeten zijn.5 Duidelijkheid over de juiste interpretatie en de samenhang tussen beide ontwerpartikelen kwam er niet want na het uitbrengen van het voorlopig verslag werd het ontwerp in september 1872 ingetrokken. In de literatuur werd in de jaren daarna nog wel aandacht aan het ontwerp Jolles geschonken, onder andere door Asser, Mulder en Vonck.6 Omdat het ontwerp Jolles toen al ingetrokken was en hun opmerkingen voornamelijk de redactie van de voorgestelde artikelen betrof, zal ik deze reacties niet bespreken.