Einde inhoudsopgave
RvdW 2020/1152
Een proces-verbaal met daarin ‘eigen waarneming van de rechter’ kan als schriftelijk bescheid voor bewijs worden gebezigd door andere samenstelling.
HR 27-10-2020, ECLI:NL:HR:2020:1682
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
27 oktober 2020
- Magistraten
Mrs. V. van den Brink, A.L.J. van Strien, A.E.M. Röttgering
- Zaaknummer
18/03906
- Conclusie
A-G mr. B.F. Keulen
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:1682, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 27‑10‑2020
ECLI:NL:PHR:2020:790, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 08‑09‑2020
Beroepschrift, Hoge Raad, 14‑02‑2020
- Wetingang
Art. 339 lid 1, onder 1° en 5°, 340, 344 lid 1, aanhef en onder 2° Sv
Essentie
Geen rechtsregel staat eraan in de weg dat op grond van art. 344 lid 1, aanhef en onder 2°, Sv voor het bewijs gebruik wordt gemaakt van het proces-verbaal van de eerdere terechtzitting in andere samenstelling waarin een ‘eigen waarneming van de rechter’ is gerelateerd.
Samenvatting
Het cassatiemiddel klaagt dat het hof voor het bewijs gebruik heeft gemaakt van een 'eigen waarneming' die het hof in een andere samenstelling heeft gedaan dan de samenstelling die het bestreden arrest heeft gewezen.
Er is slechts dan sprake van een ‘eigen waarneming’ van de rechter zoals bedoeld in ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.