AB 2005, 194
Geen spoedeisend belang bij voorlopige voorziening; last onder dwangsom terzake van niet door OPTA geaccordeerde kortingsregeling KPN.
CBb 28-01-2005, ECLI:NL:CBB:2005:AS5300, m.nt. G.J.M. Cartigny
- Instantie
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Datum
28 januari 2005
- Magistraten
Mr. Wolters
- Zaaknummer
AWB04/1026
- Noot
G.J.M. Cartigny
- LJN
AS5300
- JCDI
JCDI:ADS869070:1
- Vakgebied(en)
Bestuursrecht algemeen (V)
Bestuursprocesrecht / Beroep
- Brondocumenten
ECLI:NL:CBB:2005:AS5300, Uitspraak, College van Beroep voor het bedrijfsleven, 28‑01‑2005
- Wetingang
Richtlijn 98/10/ EG(spraaktelefonierichtlijn art. 19; Awb art. 8:81; Wbbo art. 19 lid 1; Tw art. 6.4 lid 1 (oud); Tw art. 19.5 lid 1; Besluit ONP huurlijnen en telefonie (Boht) (oud) art. 35; Besluit ONP huurlijnen en telefonie (Boht) (oud) art. 36; Besluit ONP huurlijnen en telefonie (Boht) (oud) art. 38
Essentie
Geen spoedeisend belang bij voorlopige voorziening; last onder dwangsom terzake van niet door OPTA geaccordeerde kortingsregeling KPN.
Samenvatting
Het door KPN gestelde spoedeisend belang draagt in hoofdzaak een financieel karakter. Een zodanig belang vormt volgens vaste jurisprudentie op zichzelf geen reden om een voorlopige voorziening te treffen. Het staat KPN immers vrij schadevergoeding van OPTA te vorderen indien de in geding zijnde last in de bodemprocedure niet in stand zal blijven. Het treffen van een voorlopige voorziening zal echter wel in beeld kunnen komen indien het financiële belang, gelet op bijvoorbeeld het totaal van de handelsactiviteiten en/of de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.