RvdW 2008, 669
EHRM, 12-02-2008, nr. 21906/04
EHRM 12-02-2008, ECLI:NL:XX:2008:BC8753
- Instantie
Europees Hof voor de Rechten van de Mens (Grote kamer)
- Datum
12 februari 2008
- Magistraten
J.-P. Costa, N. Bratza, B. M. Zupančič, P. Lorenzen, F. Tulkens, L. Loucaides, I. C. Barreto, N.Vajić, S. Botoucharova, A. Kovler, S. Pavlovschi, J. Borrego Borrego, E. Fura-Sandström, D. Spielmann, S. E. Jebens, D. Jočienė, J. Šikuta
- Zaaknummer
21906/04
- LJN
BC8753
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Materieel strafrecht (V)
Internationaal belastingrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:XX:2008:BC8753, Uitspraak, Europees Hof voor de Rechten van de Mens (Grote kamer), 12‑02‑2008
- Wetingang
Essentie
Kafkaris tegen Cyprus.
Klager is op 9 maart 1989 wegens huurmoord, waarbij drie personen omkwamen, tot driemaal levenslang veroordeeld. Daarbij heeft de Rechtbank vastgesteld dat levenslang in het Wetboek van Strafrecht Cyprus betekent opsluiting voor de rest van het leven. Regelgeving inzake gevangenissen, bepaalde destijds evenwel dat levenslang gestraften na twintig jaar zouden worden vrijgelaten. De gevangenisautoriteiten hebben bij het insluiten van klager medegedeeld dat zijn vrijlating was bepaald op 16 juli 2002. (Klager bevindt zich op het moment van de uitspraak van het EHRM nog in detentie.) Op 9 oktober 1992 verklaart de hoogste rechter de regelgeving ongrondwettig; ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.