RvdW 2014/1302
Onvoldoende bewijs opzetheling.
HR 11-11-2014, ECLI:NL:HR:2014:3150
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
11 november 2014
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, B.C. de Savornin Lohman, H.A.G. Splinter-van Kan
- Zaaknummer
13/03459
- Conclusie
A-G mr. D.J.C. Aben
- Vakgebied(en)
Strafrecht algemeen (V)
Materieel strafrecht (V)
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2014:3150, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 11‑11‑2014
ECLI:NL:PHR:2014:1970, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 16‑09‑2014
Essentie
Onvoldoende bewijs opzetheling.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een bij verstek gewezen arrest van het Gerechtshof Amsterdam van 15 maart 2013, nummer 23/002623-11, in de strafzaak tegen: [verdachte]. Adv. mr. M.W. Stoet, te 's-Gravenhage.
Conclusie
Conclusie A-G mr. D.J.C. Aben:
1.
Het gerechtshof te Amsterdam heeft bij arrest van 15 maart 2013 de verdachte ter zake van 1. ‘poging tot diefstal, waarbij de schuldige de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak’, 2. ‘opzetheling’ en 3. ‘diefstal, waarbij de schuldige zich de toegang ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.