NJFS 2006, 19
Hof Arnhem, 05-09-2005, nr. 21-003977-04
Hof Arnhem 05-09-2005, ECLI:NL:GHARN:2005:BC7944
- Instantie
Hof Arnhem
- Datum
5 september 2005
- Magistraten
Mrs. R.C. van Houten, B.P.J.A.M. van der Pol, L.E.M. Hendriks
- Zaaknummer
21-003977-04
- LJN
BC7944
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht (V)
Milieurecht / Bodem
- Brondocumenten
ECLI:NL:GHARN:2005:BC7944, Uitspraak, Hof Arnhem, 05‑09‑2005
- Wetingang
Wet bodembescherming art. 7
Essentie
Economische delicten. Ontbreken materiële wederrechtelijkheid. Beroep op ontslag van alle rechtsvervolging wegens het uitrijden van mest na toepassing van de FIR-methode verworpen.
Samenvatting
Tenlastegelegd is dat verdachte dierlijke meststoffen niet emissiearm heeft aangewend. Aan hem is geen vrijstelling als bedoeld in art. 64 van de Wet bodembescherming dan wel een ontheffing krachtens het Besluit gebruik (dierlijke) meststoffen verleend. Daargelaten of de Fysische Ionen Regulatie methode (FIR-methode) leidt tot aantoonbaar betere prestaties, kan niet worden gezegd dat de materiële wederrechtelijkheid ontbreekt, noch dat de verdachte op een andere grond van alle rechtsvervolging zou moeten worden ontslagen. Dat ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.