Einde inhoudsopgave
Tweede Protocol bij het Haags Verdrag van 1954 inzake de bescherming van culturele goederen in geval van een gewapend conflict
Artikel 30 Verspreiding
Geldend
Geldend vanaf 09-03-2004
- Bronpublicatie:
26-03-1999, Trb. 2005, 279 (uitgifte: 11-11-2005, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
09-03-2004
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
26-03-1999, Trb. 2005, 279 (uitgifte: 11-11-2005, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Bijzondere onderwerpen
1.
De Partijen spannen zich ervoor in, door middel van geschikte middelen, en met name door middel van onderwijs- en informatieprogramma's, de waardering voor en eerbiediging van cultuurgoederen door hun gehele bevolking te vergroten.
2.
De Partijen verspreiden dit Protocol zo breed mogelijk, zowel in vredestijd als tijdens een gewapend conflict.
3.
Militaire of civiele autoriteiten die, tijdens een gewapend conflict, verantwoordelijkheden dragen ten aanzien van de toepassing van dit Protocol, dienen volledig vertrouwd te zijn met de inhoud ervan. Hiertoe dragen de Partijen, naargelang van het geval, zorg voor:
- a.
het opnemen van richtlijnen en instructies inzake de bescherming van cultuurgoederen in hun militaire voorschriften;
- b.
het ontwikkelen en uitvoeren, in samenwerking met de UNESCO en relevante gouvernementele en niet-gouvernementele organisaties, van opleidings- en onderwijsprogramma's in vredestijd;
- c.
het elkaar, door tussenkomst van de Directeur-Generaal, doen toe komen van informatie met betrekking tot de wetten, bestuurlijke bepalingen en maatregelen genomen ingevolge de letters a en b;
- d.
het elkaar, zo snel mogelijk, door tussenkomst van de Directeur-Generaal, mededelen van de wetten en bestuurlijke bepalingen die zij aannemen om de toepassing van dit Protocol te waarborgen.