NJB 2010, 1408
HR, 18-06-2010, nr. 09/01539
HR 18-06-2010, ECLI:NL:HR:2010:BM1674
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
18 juni 2010
- Magistraten
Mrs. J.B. Fleers, A. Hammerstein, W.A.M. van Schendel, F.B. Bakels en W.D.H. Asser
- Zaaknummer
09/01539
- Conclusie
A‑G mr. F.F. Langemeijer
- LJN
BM1674
- Vakgebied(en)
Goederenrecht / Algemeen
Verbintenissenrecht / Overeenkomst
Personen- en familierecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2010:BM1674, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 18‑06‑2010
ECLI:NL:PHR:2010:BM1674, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 16‑04‑2010
Beroepschrift, Hoge Raad, 14‑04‑2009
- Wetingang
art. 6:248 lid 1 BW; art. 3:12 BW
Essentie
Verrekening na echtscheiding.
1. Redelijkheid en billijkheid. De wijze waarop het hof invulling heeft gegeven aan het beding in de huwelijkse voorwaarden dat een redelijke en billijke regeling moet worden getroffen ter verrekening van de pensioenaanspraken, getuigt niet van een onjuiste rechtsopvatting en is niet onbegrijpelijk. 2. Reformatio in peius. Nu de man geen incidenteel beroep heeft ingesteld met betrekking tot de beslissing van de rechtbank over de onderhoudsbijdrage voor de vrouw, kan het hof deze bijdrage niet op een lager bedrag bepalen dan de rechtbank heeft gedaan.
Partij(en)
De man, adv. mr. C.S.G. Janssens
tegen
de vrouw, ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.