HR, 27-06-2008, nr. C07/029HR

Documentgegevens:

HR 27-06-2008, ECLI:NL:HR:2008:BD1849

Instantie: Hoge Raad (Civiele kamer)
Datum: 27 juni 2008
Magistraten: Mrs. D.H. Beukenhorst, O. de Savornin Lohman, P.C. Kop, A. Hammerstein en C.A. Streefkerk
Zaaknummer: C07/029HR
Conclusie: A-G mr. E.M. Wesseling-van Gent
LJN: BD1849
Vakgebied(en): Onbekend (V)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Burgerlijk procesrecht / Beslag en executie
Burgerlijk procesrecht / Bewijs
Burgerlijk procesrecht / Eerste aanleg
Burgerlijk procesrecht / Hoger beroep
Brondocumenten: ECLI:NL:PHR:2008:BD1849, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 27‑06‑2008
ECLI:NL:HR:2008:BD1849, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 27‑06‑2008
Wetingang: Rv art. 150; Rv art. 343; Rv art. 344; Rv art. 345; Rv art. 346; Rv art. 347; Rv art. 348; Rv art. 349; Rv art. 350; Rv art. 351; Rv art. 352; Rv art. 353; Rv art. 354; Rv art. 355; Rv art. 356; Rv art. 357

Essentie

Een koper van een perceel tuingrond geeft opdracht aan een aannemer om er een kassencomplex op te bouwen. De aannemer spreekt zijn opdrachtgever (de koper) aan wegens vertragingsschade, stellende dat het perceel te laat beschikbaar is gesteld. De koper roept de verkoper in vrijwaring op, stellende dat het perceel te laat is geleverd. Het cassatieberoep heeft betrekking op de vrijwaringsprocedure. HR:

1 Devolutieve werking. Het hof had in het kader van de in hoger beroep aan de orde zijnde beoordeling van de vordering van de koper, het niet prijsgegeven verweer van de verkoper betreffende de afwezigheid van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.