NJ 2008, 384
HR, 08-02-2008, nr. C07/13314
HR 08-02-2008, ECLI:NL:HR:2008:BC3885
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
8 februari 2008
- Magistraten
Mrs. J.B. Fleers, O. de Savornin Lohman, P.C. Kop, A. Hammerstein, J.C. van Oven
- Zaaknummer
C07/13314
- Conclusie
A-G Langemeijer
- LJN
BC3885
- JCDI
JCDI:ADS111788:1
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Medezeggenschapsrecht
Gezondheidsrecht / Algemeen
Openbare orde en veiligheid / Bijzondere onderwerpen
Personen- en familierecht / Bescherming meerderjarige
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2008:BC3885, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 08‑02‑2008
ECLI:NL:HR:2008:BC3885, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 08‑02‑2008
Beroepschrift, Hoge Raad, 29‑11‑2007
- Wetingang
Wet Bopz art. 2
Essentie
Wet Bopz. Voorlopige machtiging m.b.t. vrijwillig opgenomen patiënt met oog op voorgenomen dwangbehandeling; ontbreken nodige bereidheid tot vrijwillig verblijf?; maatstaf; zelfbeschikkingsrecht en subsidiariteitsbeginsel.
Het oordeel van de rechtbank dat betrokkene weliswaar (mogelijk) bereid is in het ziekenhuis te verblijven, maar dat bij betrokkene de voor een vrijwillig verblijf vereiste nodige bereidheid ontbreekt, omdat vanwege het ontbreken van inzicht in ziekte of de noodzaak tot behandeling, hij naar verwachting niet zal willen meewerken aan de behandeling die noodzakelijk is om gevaar voor hemzelf of anderen af te wenden, geeft niet blijk van een onjuiste rechtsopvatting. Het oordeel is ook ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.