RvdW 2008, 148
HR, 25-01-2008, nr. C06/257HR: GMS/Peterson
HR 25-01-2008, ECLI:NL:PHR:2008:BC2657 (GMS/Peterson)
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
25 januari 2008
- Magistraten
Mrs. D.H. Beukenhorst, E.J. Numann, J.C. van Oven, C.A. Streefkerk, W.D.H. Asser
- Zaaknummer
C06/257HR
- Conclusie
A-G Strikwerda
- LJN
BC2657
- Roepnaam
GMS/Peterson
- Vakgebied(en)
Vervoersrecht / Bijzondere onderwerpen
Burgerlijk procesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2008:BC2657, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 25‑01‑2008
ECLI:NL:PHR:2008:BC2657, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 25‑01‑2008
Beroepschrift, Hoge Raad, 30‑08‑2006
- Wetingang
Essentie
Exceptie van onbevoegdheid. Vordering tegen expediteur tot schadeloosstelling ex art. 8:63 lid 3 BW; Fenex-arbitragebeding toepasselijk? Art. 33 CMR.
De omstandigheid dat een expediteur, die niet voldoet aan de in art. 8:63 lid 1 BW neergelegde verplichting onverwijld opgave te doen van en documenten en gegevens ter beschikking te stellen inzake de vervoerovereenkomsten die hij ter uitvoering van zijn verplichtingen is aangegaan, ingevolge het derde lid van dat artikel een schadeloosstelling zal moeten betalen die wordt berekend op basis van de fictie dat hij (bij wege van 'Selbsteintritt') als vervoerder ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.