NJB 2007, 1368
HR, 08-06-2007, nr. C06/242HR
HR 08-06-2007, ECLI:NL:PHR:2007:BA1525
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
8 juni 2007
- Magistraten
Mrs. J.B. Fleers, A.M.J. van Buchem-Spapens, A. Hammerstein, F.B. Bakels en C.A. Streefkerk
- Zaaknummer
C06/242HR
- Conclusie
A-G J.L.R.A. Huydecoper
- LJN
BA1525
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Fiscaal procesrecht (V)
Burgerlijk procesrecht / Cassatie
Burgerlijk procesrecht / Eerste aanleg
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2007:BA1525, Uitspraak, Hoge Raad, 08‑06‑2007
ECLI:NL:PHR:2007:BA1525, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 08‑06‑2007
Beroepschrift, Hoge Raad, 23‑06‑2006
- Wetingang
Essentie
Incidentele vordering tot uitvoerbaarverklaring bij voorraad. Alleen een zwaarwegend belang van de Ontvanger kan rechtvaardigen dat de schorsende werking van het verzet tegen de tenuitvoerlegging van een dwangbevel wordt opzijgezet. Dit is het geval als het verzet zo duidelijk kansloos is dat het belang van de belastingschuldige bij schorsing van de tenuitvoerlegging van het dwangbevel niet opweegt tegen het belang van de Ontvanger bij voortzetting van de tenuitvoerlegging. De aard van de verzetprocedure verzet zich er niet tegen dat een rechterlijke uitspraak, waarbij het verzet tegen een dwangbevel ongegrond wordt verklaard, uitvoerbaar bij voorraad wordt verklaard. Indien dat gebeurt, ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.