De faillissementspauliana
Einde inhoudsopgave
De faillissementspauliana (O&R nr. 75) 2012/2.5.4:2.5.4 Conclusie
De faillissementspauliana (O&R nr. 75) 2012/2.5.4
2.5.4 Conclusie
Documentgegevens:
mr. R.J. van der Weijden, datum 26-10-2012
- Datum
26-10-2012
- Auteur
mr. R.J. van der Weijden
- JCDI
JCDI:ADS381983:1
- Vakgebied(en)
Insolventierecht / Faillissement
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
Binnen de huidige regeling van de faillissementspauliana is een onderscheid gemaakt tussen door de schuldenaar onverplicht en verplicht verrichte rechtshandelingen. Voor onverplicht verrichte rechtshandelingen geldt volgens de wetgever dat het gedrag van de schuldenaar bepaalt of een rechtshandeling paulianeus is of niet. Zijn gedrag is onoorbaar jegens zijn schuldeisers als hij een rechtshandeling verricht wetende dat zij hierdoor zullen worden benadeeld. Dat voor een succesvol beroep op de faillissementspauliana ook degene met of jegens wie de schuldenaar handelde een subjectief verwijt moet kunnen worden gemaakt, is slechts om de rechtsgevolgen van de vernietiging ten opzichte van hem te kunnen rechtvaardigen. Voor wat betreft verplicht verrichte rechtshandelingen geeft de wetsgeschiedenis in dit verband een minder duidelijk beeld. Enerzijds wordt als ratio van beide vernietigingsgronden genoemd dat een schuldeiser zich niet in strijd met de jegens zijn medeschuldeisers in acht te nemen goede trouw aan het naderende faillissement mag onttrekken; zijn gedrag moet derhalve onoorbaar zijn. Anderzijds geldt dat voor een succesvol beroep op de tweede vernietigingsgrond van art. 47 Fw - 'overleg' - niet alleen een verwijtbare gedraging van de voldane schuldeiser, maar ook een verwijtbare gedraging van de schuldenaar vereist is.