NJ 2019/430
Ter zitting telefonisch horen van getuige niet toelaatbaar.
HR 15-10-2019, ECLI:NL:HR:2019:1589
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
15 oktober 2019
- Magistraten
Mrs. J. de Hullu, J.C.A.M. Claassens, A.E.M. Röttgering
- Zaaknummer
18/02023
- Conclusie
A-G mr. G. Knigge
- Noot
Red. Aant.
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS96180:1
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Strafprocesrecht / Voorfase
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2019:1589, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 15‑10‑2019
ECLI:NL:PHR:2019:852, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 03‑09‑2019
Beroepschrift, Hoge Raad, 14‑03‑2019
- Wetingang
Essentie
Ter zitting telefonisch horen van getuige niet toelaatbaar.
Samenvatting
Ingevolge art. 131a lid 1 Sv is de rechter bevoegd ter terechtzitting personen te horen per videoconferentie waarbij een directe beeld- en geluidsverbinding tot stand komt. Een aldus gehoorde getuige geldt als een ter terechtzitting verschenen getuige. Dat geldt niet voor een getuige die via een geluidsverbinding per telefoon wordt gehoord, zodat het aldus horen van een getuige in strijd is met de wet.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof 's-Hertogenbosch van 2 mei 2018, nummer 20/002226-17, in de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.