Rechtsbescherming tegen bestuurshandelen in Nederland, Noorwegen en Zweden
Einde inhoudsopgave
Rechtsbescherming tegen bestuurshandelen (SteR nr. 2) 2011/II.4.4.3.4:4.4.3.4 De in artikel 8:4 Awb uitgezonderde besluiten
Rechtsbescherming tegen bestuurshandelen (SteR nr. 2) 2011/II.4.4.3.4
4.4.3.4 De in artikel 8:4 Awb uitgezonderde besluiten
Documentgegevens:
L.A. Kjellevold Hoegee, datum 01-07-2011
- Datum
01-07-2011
- Auteur
L.A. Kjellevold Hoegee
- JCDI
JCDI:ADS579571:1
- Vakgebied(en)
Rechtswetenschap / Algemeen
Bestuursprocesrecht / Algemeen
Toon alle voetnoten
Voetnoten
Voetnoten
Kamerstukken II, 1991/92, 22 495, nr. 3, p. 103 (MvT).
Zie artt. 274a Provw, 281a Gemw en 162 Waterschapswet.
Zie CRvB 14 mei 1992, AB 1992, 420, waar de sollicitatie in de loopbaan van de sollicitant paste.
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
In artikel 8:4 is een aantal categorieën besluiten aan de competentie van de bestuursrechter onttrokken. Artikel 8:4 Awb betreft besluiten die zich naar hun aard niet of minder goed lenen voor beroep, dan wel besluiten die genomen zijn krachtens wetgevingscomplexen waarin overigens beroep bij een andere rechter is opengesteld.1 Zo bepaalt artikel 8:4 lid 1 aanhef en onder a Awb dat geen beroep kan worden ingesteld tegen een besluit inhoudende schorsing of vernietiging van een besluit van een ander bestuursorgaan. Op grond van bijzondere regelingen staat tegen veel van deze besluiten toch bezwaar en beroep open in de vorm van rechtstreeks beroep bij de ABRvS.2 Onderdeel b van het artikel ziet op besluiten die worden genomen krachtens bepalingen in noodwetgeving, terwijl onderdeel c besluiten betreft die specifiek op de beveiliging van militaire belangen zien. Besluiten tot benoeming of aanstelling van een ambtenaar kunnen slechts door een medesollicitant die niet wordt gekozen en die hierdoor rechtstreeks in zijn belangen wordt getroffen worden aangevochten, zo blijkt uit artikel 8:4 lid 1 aanhef en onder d Awb.3 Onderdeel e ziet ten eerste op de beoordeling van het kennen of kunnen van een examenkandidaat of leerling. Daarnaast worden besluiten tot vaststelling van examenopgaven, beoordelingsnormen en examenregels op grond van dit onderdeel uitgezonderd. Zij zijn nauw verbonden met het kennen en kunnen van de kandidaten. Bovendien heeft men willen vermijden dat lang na afloop van het examen een andersluidend oordeel van de rechter komt, met alle problemen van dien. Tegen technische beoordelingen, zoals de APK-keuring, staat op grond van onderdeel f geen beroep open en onderdeel g behelst een uitzondering voor verkiezingsaangelegenheden. Tegen bepaalde besluiten staat evenwel op grond van de Kieswet rechtstreeks beroep open bij de ABRvS. Dit is bijvoorbeeld het geval voor de beslissing om de naam van een persoon die als kiezer is geregistreerd uit de registratie te verwijderen (art. D9 Kieswet). In onderdeel h is een uitzondering opgenomen voor dienstplichtbesluiten en onderdeel i betreft besluiten houdende een ambtshandeling van een gerechtsdeurwaarder of notaris. Een besluit op een verzoek om rechtstreeks beroep (art. 7:1a lid 4 Awb) is op grond van onderdeel j niet appelabel. Hetzelfde geldt voor besluiten om de beslistermijn op te schorten, de beslissing te verdagen of verder uitstel te verlenen (art. 7:10 2 t/m 4 lid en art 7:24 derde t/m 6 lid Awb). Op grond van onderdeel k staat geen beroep open tegen een weigering van elektronisch verschafte gegevens, bescheiden en berichten (art. 2:15 Awb). Tegen een besluit van een bestuursorgaan, waarbij par. 3.5.3 Awb (Coördinatie van besluitvorming en rechtsbescherming) op de besluitvorming van toepassing wordt verklaard (art. 3:21 lid 1 onder b Awb) staat op grond van onderdeel l evenmin beroep open. Ten slotte is een uitzondering opgenomen ten aanzien van aanmaningen (art. 4:112 Awb) en dwangbevelen.