Einde inhoudsopgave
Toezichtbeleidsbrief erkenninghouders RDW 2016
e Bijlage Erkenninghouder installateur Alcoholsloten 2016
Geldend
Geldend vanaf 01-04-2016
- Bronpublicatie:
07-03-2016, Stcrt. 2016, 14366 (uitgifte: 22-03-2016, regelingnummer: JBZ2016/12141)
- Inwerkingtreding
01-04-2016
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
07-03-2016, Stcrt. 2016, 14366 (uitgifte: 22-03-2016, regelingnummer: JBZ2016/12141)
- Vakgebied(en)
Verkeersrecht / Voertuigeisen
- Hoofdstuk 1.
Toelichting op de Bijlage Alcoholsloten
- 1.1.
Toelichting
- 1.2.
Indeling
- 1.3.
Titel
- 1.4.
Erkenningen
- 1.5.
Meerdere werkplaatsen
- Hoofdstuk 2.
Positie van de RDW
- 2.1.
Basis van het toezicht
- 2.2.
Wijze van toezicht houden
- 2.3.
Frequentie van het toezicht
- Hoofdstuk 3.
Positie van de erkenning
- 3.1.
Voorschriften
- 3.1.1.
Het verlenen van medewerking tijdens de steekproef
- 3.1.1.1.
Aanwezigheid tijdens de steekproef
- 3.1.2.
Documentatie
- 3.1.3.
Erkenningsschild
- 3.1.4.
Financiële verplichting
- 3.1.5.
Instrueren van uw personeel
- 3.1.5a.
Informeren deelnemer
- 3.1.6.
Bewaarplicht stukken
- 3.1.7.
Werkplaats
- 3.1.8.
Datacommunicatie met de RDW
- 3.1.9.
Apparatuur
- 3.1.10.
Bewerken van persoonsgegevens
- 3.2.
Maatregelen
- 3.3.
Typen alcoholsloten
- 3.4.
Handhaving alcoholsloten
- Hoofdstuk 4.
Overtredingen en sancties
- 4.1.
Vaststellen van een overtreding
- 4.2.
Zienswijze
- 4.3.
Ingangsdatum
- 4.4.
Verjaringstermijn
- 4.5.
Categorisering overtredingen en stroomschema
- 4.6.
Soorten sancties
- Hoofdstuk 5.
Bezwaar en beroep
- 5.1.
Beroep tegen het resultaat van een steekproefherkeuring
- 5.1.1.
Hoorzitting
- 5.1.2.
Waarschuwing via datacommunicatie
- 5.1.3.
Opschorten
- 5.2.
Beroep
- 5.3.
Voorlopige voorziening
Hoofdstuk 1. Toelichting op de Bijlage Alcoholsloten
1.1. Toelichting
De Bijlage erkenning alcoholsloten is een bijlage bij het Algemeen Deel Toezichtbeleidsbrief erkenninghouders RDW. In deze bijlage vindt u de specifieke bepalingen voor de Erkenninghouder installateur Alcoholsloten. Voor een volledig beeld van het toezichtbeleid van de RDW dient u eerst het Algemeen Deel te lezen.
Zoekt u een specifiek onderwerp in deze bijlage, dan raden wij u aan het hele hoofdstuk te lezen waarin het onderwerp wordt behandeld.
1.2. Indeling
(Zie Algemeen Deel)
Het zwart gearceerde onderdeel van de Toezichtbeleidsbrief is van toepassing voor u als erkenninghouder installateur alcoholsloten.
1.3. Titel
Deze bijlage is getiteld: Bijlage Erkenninghouder installateur alcoholsloten van de Toezichtbeleidsbrief erkenninghouders RDW.
1.4. Erkenningen
(Zie Algemeen Deel)
Er zijn voor deze paragraaf geen bijzonderheden.
1.5. Meerdere werkplaatsen
Geldt uw erkenning voor meerdere werkplaatsen? Dan wordt in de regel de kwaliteit per werkplaats beoordeeld. Een eventuele sanctie wordt hierop afgestemd. In beginsel wordt steeds per werkplaats gesanctioneerd. Uitbreiding of wijziging van een erkenning met een mobiele installatie eenheid dan wel werkplaats is niet mogelijk indien een overtreding is geconstateerd waarvoor een sanctie wordt opgelegd. Dit geldt eveneens als de sanctie is opgelegd en ten tijde van de effectuering van de sanctie.
Hoofdstuk 2. Positie van de RDW
2.1. Basis van het toezicht
De RDW houdt toezicht op de verleende Erkenninghouder installateur alcoholsloten. De basis van het toezicht is vastgelegd in de volgende regelgevingen:
- —
Wegenverkeerswet 1994 (WVW);
- —
Regeling voertuigen (Reg v);
- —
Kentekenreglement (KR);
- —
Reglement Rijbewijzen (Rr);
- —
Regeling publicatie modellen Dienst Wegverkeer;
- —
- —
Cusumregeling
2.2. Wijze van toezicht houden
De RDW houdt toezicht op de Erkenninghouder installateur alcoholsloten door middel van herkeuringen (steekproeven) en periodieke controlebezoeken.
Bij een herkeuring (steekproef) beoordeelt de RDW primair de kwaliteit van de werkzaamheden aan het alcoholslot. Bij een periodiek controlebezoek wordt vooral getoetst of u zich aan de erkenningseisen en -voorschriften houdt.
De constateringen gedaan door de politie, de IVW, de RDW, het CBR of -schriftelijke- klachten van belanghebbenden die menen dat een voertuig onterecht is afgemeld dan wel ten onrechte niet is afgemeld, kunnen worden gesanctioneerd.
2.3. Frequentie van het toezicht
De frequentie van het toezicht door middel van steekproeven is afhankelijk van het aantal door u uitgevoerde activeringen en onderzoeken en de resultaten van de steekproeven. De RDW hanteert een percentage van gemiddeld 5% steekproeven op de activeringen en onderzoeken van alcoholsloten. Dit wordt bijgehouden in een cusumsysteem. U leest hier meer over in het Cusumsysteem installateur alcoholsloten. De RDW brengt u daarnaast in beginsel één keer per twee jaar een periodiek controlebezoek.
Hoofdstuk 3. Positie van de erkenning
Als erkenninghouder installateur alcoholsloten mag u werkzaamheden aan alcoholsloten uitvoeren, zoals installeren, onderzoeken, kalibreren en/of repareren. Dit moet gebeuren in de door u opgegeven werkplaats, door een gekwalificeerde persoon. Dit is een gekwalificeerd persoon die is opgeleid om te werken met de betreffende typegoedgekeurde alcoholsloten.
De erkenning brengt een grote verantwoordelijkheid met zich mee. Door uw handelen, kan het toezicht op de deelnemers aan het alcoholslotprogramma worden beïnvloed.
In de Regeling aanpassing voertuigen hoofdstuk 4b (installateur alcoholsloten is beschreven aan welke eisen u permanent moet voldoen en hoe u uw erkenning moet gebruiken. In de onder 2.1 vermelde regeling alcoholsloten is beschreven welke rechten en plichten er aan het houden van een erkenning alcoholslot zijn verbonden.
U kunt deze Regelingen vinden op www.wetten.nl en in het Handboek Alcoholslot.
De erkenning alcoholsloten kan op twee manieren worden uitgevoerd: mobiel en niet-mobiel (vaste werkplaats). Indien er onderscheid gemaakt moet worden tussen een erkenning met een vaste werkplaats en een erkenning met een mobiele installatie-eenheid, is dit in de tekst aangegeven.
Het raadplegen en afmelden van alcoholsloten mag uitsluitend plaatsvinden tijdens de door de RDW in het handboek Alcoholsloten opgegeven tijden.
3.1. Voorschriften
De Wegenverkeerswet vormt de basis voor de werkzaamheden aan alcoholsloten. In de Regeling voertuigen staan aanvullende nationale voorschriften beschreven voor de werkzaamheden aan alcoholsloten. Samengevat moet u bij elke installatie of onderzoek in ieder geval aan de volgende voorschriften voldoen:
- a.
Werkzaamheden aan het alcoholslot worden uitgevoerd door een bevoegd persoon met gebruik van de vereiste apparatuur en gereedschappen. Indien van toepassing verzegelt de gekwalificeerde persoon het alcoholslot.
- b.
Na installatie of onderzoek wordt het voertuig door de gekwalificeerde persoon via datacommunicatie afgemeld bij de RDW.
- c.
Na installatie of onderzoek en door de Dienst Wegverkeer is medegedeeld dat:
- •
de in artikel 66oo bedoelde melding niet leidt tot een steekproefsgewijze controle van de installatie of het onderzoek door de Dienst Wegverkeer; of
- •
de melding leidt tot een steekproefsgewijze controle van de installatie of het onderzoek, maar dat deze controle niet binnen 90 minuten na de melding wordt begonnen; dan wel
- •
de melding leidt tot een steekproefsgewijze controle van de installatie of het onderzoek en deze controle heeft geleid tot een goedkeuring van de betreffende werkzaamheden.
- d.
Het verwijderen van data van het alcoholslot is pas toegestaan nadat de data is ge-upload naar het register en er een terugmelding ontvangen is van de RDW dat de data juist is ontvangen.
Sleutelen in quarantainetijd
Het is ten strengste verboden om tussen het melden van werkzaamheden aan het alcoholslot en de komst van de steekproefcontroleur aan het afgemelde voertuig(inclusief het alcoholslot) te sleutelen of metingen te verrichten. Alleen dan kan de RDW tijdens de steekproefcontrole een goed beeld krijgen van de kwaliteit van de werkzaamheden aan het alcoholslot. Het aanbrengen van wijzigingen of metingen verrichten aan het betreffende voertuig vóór aankomst van de steekproefcontroleur, wordt ‘sleutelen in quarantainetijd’ genoemd. Dit is een overtreding en wordt gesanctioneerd.
Ook als u tijdens de uitvoering van de steekproefcontrole zonder toestemming van de steekproefcontroleur aan het voertuig wijzigingen aanbrengt of laat aanbrengen, wordt dit aangemerkt als ‘sleutelen in quarantainetijd’.
Opgemerkt wordt dat het toegestaan is, na aankomst van de RDW medewerker, de inbouwpanelen te verwijderen om de vereiste controle van alle verbindingen en verzegelingen mogelijk te maken. Echter, het is efficiënter om de panelen open te laten wanneer u het voertuig afmeldt. Wanneer u de melding krijgt dat er geen steekproef is gevallen kunt u de panelen weer monteren. Mocht er wel een steekproef zijn gevallen dan mag u, vanzelfsprekend, geen wijzigingen meer aan de staat van het voertuig aanbrengen en kan na aankomst van de RDW medewerker de steekproef direct van start gaan.
3.1.1. Het verlenen van medewerking tijdens de steekproef
Uw medewerking aan een steekproef wordt op onderstaande wijze van u verwacht. Als een voertuig in de steekproef valt, is de gekwalificeerde persoon verplicht aanwezig. Aan de steekproef moet alle medewerking worden verleend. Naast de aanwezigheid van de gekwalificeerde persoon betekent dit dat hij ook meteen assistentie verleent. Ook moet u de ruimte en deugdelijk functionerende apparatuur ter beschikking stellen. De steekproefcontroleur moet binnen 15 minuten na aankomst aan de steekproef kunnen beginnen. Deze periode van 15 minuten is uitdrukkelijk niet bedoeld om de gekwalificeerde persoon of het voertuig van elders (buiten de werkplaats) te laten komen. Bij een overtreding van deze voorschriften wordt een intrekkingsprocedure gestart.
3.1.1.1. Aanwezigheid tijdens de steekproef
U als erkenninghouder bent ervoor verantwoordelijk dat het voertuig en de gekwalificeerde persoon aanwezig zijn en blijven zodat de steekproefcontroleur van de RDW de steekproef kan uitvoeren. Heeft u een erkenning voor een mobiele installatie-eenheid alcoholsloten, dan geldt dat ook de mobiele installatie-eenheid, bij de steekproef aanwezig moet zijn.
Is de steekproefcontroleur niet binnen 90 minuten in uw werkplaats aanwezig, dan mag u het voertuig vrijgeven. Het voertuig hoeft dan ook niet meer beschikbaar te zijn voor de RDW.
Als een voertuig in de steekproef valt, moet u al het mogelijke doen om te voorkomen dat het voertuig de werkplaats verlaat. U doet dit bijvoorbeeld door uw klanten goed te informeren over de steekproef, hen niet op de installatie, onderzoek of kalibratie te laten wachten of hen weg te laten brengen. In ieder geval moet u uw klant voorafgaand aan de installatie duidelijk maken dat de mogelijkheid bestaat dat zijn voertuig in de steekproef valt en dat hij verplicht is hieraan mee te werken. Als het voertuig de werkplaats heeft verlaten moet u dit direct telefonisch of per fax bij het APK Centrum Nederland (ACN) van de RDW. Doe dit niet pas bij aankomst van de steekproefcontroleur.
Het nakomen van deze verplichtingen maakt de overtreding niet ongedaan en is om deze reden dan ook niet als bijzonder feit of omstandigheid aan te merken
3.1.2. Documentatie
Als erkenninghouder installateur alcoholsloten moet u beschikken over de werkplaatshandboeken en documentatie die door de erkenninghouder-producent van de alcoholsloten wordt voorgeschreven. Uw personeel moet hier ook over kunnen beschikken. Daarnaast wordt aangeraden gebruik te maken van het Handboek alcoholsloten.
3.1.3. Erkenningsschild
In afwijkingen van de andere RDW erkenningen moeten bij de erkenninghouder installateur alcoholslot zowel het RDW schild als de sticker ‘alcoholsloten’ aan de binnenkant van elke werkplaats waarvoor een erkenning is verleend worden gevoerd. Hierbij dient te worden gedacht aan een voor klanten goed zichtbare plaats, zoals de balie waar klanten worden ontvangen.
Wanneer u tevens in het bezit bent van een andere RDW erkenning, zoals een APK erkenning, geldt de hoofdregel dat het schild aan de buitenzijde van de vestiging gevoerd moet worden. Echter, de sticker ‘alcoholsloten’ dient om privacy redenen van de deelnemer in alle gevallen aan de binnenzijde van de werkplaats gevoerd te worden.
3.1.4. Financiële verplichting
(Zie Algemeen Deel)
Er zijn voor dit onderdeel geen bijzonderheden.
3.1.5. Instrueren van uw personeel
(zie Algemeen deel)
Gekwalificeerd personeel
Onder gekwalificeerd personeel wordt personeel verstaan dat de vereiste opleiding om werkzaamheden aan alcoholsloten uit te voeren met succes heeft afgerond.
De opleiding voor werkzaamheden aan alcoholsloten wordt verzorgd door de erkenninghouder-producent van het betreffende merk alcoholsloten. Een afschrift van het scholingsbewijs moet altijd in de werkplaats of mobiele installatie-eenheid aanwezig zijn en op verzoek worden getoond.
Overig personeel
Om de regelgeving goed te kunnen naleven en de erkenning in stand te houden, moet het personeel in ieder geval over de volgende zaken zijn geïnformeerd:
- —
het gebruik pincodes is persoonsgebonden;
- —
alleen de gekwalificeerde persoon mag werkzaamheden aan een alcoholslot uitvoeren;
- —
het melden van werkzaamheden aan het alcoholslot mag alleen door de gekwalificeerde persoon • worden gedaan;
- —
het voertuig en het scholingsbewijs moeten aanwezig zijn bij een steekproef;
- —
de gekwalificeerde persoon moet aan de steekproef feitelijk assistentie verlenen.
- —
sleutelen in quarantainetijd is niet toegestaan;
- —
de verplichtingen als beschreven in paragrafen 3.1.6 en 3.1.10
3.1.5a. Informeren deelnemer
De installateur is verantwoordelijk voor het informeren van de deelnemer aan het alcoholslotprogramma over de inbouw, het functioneren, het gebruik van en omgaan met en de uitbouw van het alcoholslot. Nadat u deze uitleg heeft gegeven dient u ook schriftelijke informatie aan de deelnemer te verstrekken, zodat de deelnemer alles thuis nog eens rustig kan doorlezen. Deze schriftelijke informatie heeft u ontvangen van de erkenninghouder producent.
Zowel de installateur als deelnemer ondertekent het informatieformulier dat door de RDW beschikbaar is gesteld.
De installateur archiveert het getekende formulier bij de administratie van het alcoholslot.
3.1.6. Bewaarplicht stukken
U moet de relevante administratie met betrekking tot werkzaamheden aan het alcoholslot tot ten minste vijf jaar na werkzaamheden aan het alcoholslot bewaren zoals aangegeven in de Regeling aanpassing voertuigen.
Als u de gegevens geheel of gedeeltelijk geautomatiseerd vastlegt, bewaart, raadpleegt of verstrekt is de Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp) van toepassing. Voor meer informatie kijkt u op www.cbpweb.nl.
3.1.7. Werkplaats
Als erkenninghouder alcoholsloten moet u beschikken over een werkplaats die goed verwarmd, behoorlijk af te sluiten en goed verlicht is. Goed verwarmd houdt in dat de gemiddelde temperatuur in de werkplaats minimaal 10 graden Celsius is. De verwarming moet deugdelijk van een dusdanige capaciteit zijn dat de ruimte ook met geopende deuren voldoende verwarmd is en blijft. De apparatuur moet gebruikt worden binnen het door de fabrikanten opgegeven temperatuurbereik.
3.1.8. Datacommunicatie met de RDW
Om uw erkenning goed te kunnen gebruiken, heeft u toegangscodes en certificaten ontvangen van de RDW. Deze heeft u nodig voor de datacommunicatie met de RDW zodat u werkzaamheden aan het alcoholslot kunt melden. De toegangscodes en certificaten mogen uitsluitend voor de aan u verstrekte erkenning en de daaraan gekoppelde werkplaats worden gebruikt.
3.1.9. Apparatuur
In de Regeling erkenning alcoholsloten staat beschreven over welke apparatuur en gereedschap de installateur alcoholsloten moet beschikken. Dit is door de erkenninghouder-producent voorgeschreven apparatuur of door de RDW daaraan gelijkwaardig geachte apparatuur. Het gaat hierbij veelal om specifieke meetapparatuur en gereedschap. Alle apparatuur en gereedschap moeten deugdelijk zijn en in goede staat verkeren.
3.1.10. Bewerken van persoonsgegevens
U verwerkt persoonsgegevens in het kader van de erkenning installateur alcoholsloten.
De RDW is op grond van de Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp) en in de terminologie van deze wet verantwoordelijke ten aanzien van deze persoonsgegevens; u bent -in de terminologie van diezelfde wet- bewerker ten aanzien van deze persoonsgegevens.
Bepalingen die gelden voor bewerkers van het alcoholslotregister
Een bewerker is degene die ten behoeve van de RDW persoonsgegevens verwerkt, zonder aan het rechtstreeks gezag van de RDW te zijn onderworpen. Daarbij gelden als criteria:
- —
U verwerkt gegevens ten behoeve van de RDW;
- —
U verwerkt gegevens die overeenkomt met de instructies van de RDW;
- —
U verwerkt gegevens onder de uitdrukkelijke verantwoordelijkheid van de RDW;
- —
Er is geen sprake van een hiërarchische relatie met de RDW;
- —
U heeft geen zeggenschap over het doel en de middelen voor de verwerking, dat houdt in dat u geen beslissingen neemt over het gebruik van de gegevens, de verstrekking aan derden en aan andere ontvangers, de duur van de opslag van de gegevens etc.
Op grond van het voorgaande wordt u volgens de Wbp aangemerkt als bewerker ten behoeve van de RDW van de persoonsgegevens.
Voor zover u toegang heeft tot persoonsgegevens mag u deze slechts verwerken in opdracht van de RDW. Het is niet toegestaan, zonder voorafgaande toestemming van de RDW, op enigerlei wijze tot persoonsgegevens herleidbare informatie, die u uit hoofde van de door u verrichte werkzaamheden ter kennis is gekomen, te gebruiken voor andere doeleinden dan waarvoor die gegevens aan u ter beschikking zijn gesteld. Een en ander behoudens afwijkende wettelijke verplichtingen.
U dient de persoonsgegevens op behoorlijke en zorgvuldige wijze en in overeenstemming met toepasselijke wet- en regelgeving over de bescherming van persoonsgegevens te verwerken.
U bent niet bevoegd de persoonsgegevens aan enige derde te tonen, verstrekken of anderszins ter beschikking te stellen, behoudens wettelijke verplichtingen.
U bent verplicht, technische en organisatorische maatregelen te treffen om persoonsgegevens te beveiligen tegen verlies of tegen enige vorm van onrechtmatige verwerking. Deze maatregelen dienen, rekening houdend met de stand van de techniek en de kosten van de tenuitvoerlegging, een passend beveiligingsniveau te garanderen gelet op de risico's die de verwerking en de aard van te beschermen gegevens met zich meebrengen. De maatregelen dienen er mede op te zijn gericht, onnodige verzameling en verdere verwerking van persoonsgegevens te voorkomen.
U dient redelijke pogingen te ondernemen om zeker te stellen dat de persoonsgegevens correct en volledig zijn.
U dient in voorkomende gevallen volledige medewerking te verlenen aan RDW om:
- —
betrokkenen toegang te laten krijgen tot hun persoonsgegevens;
- —
persoonsgegevens te verwijderen of corrigeren; en /of
- —
aan te tonen dat persoonsgegevens verwijderd of gecorrigeerd zijn indien zij incorrect zijn.
U bent niet bevoegd de genoemde verplichtingen geheel of gedeeltelijk over te dragen aan derden.
U dient een geheimhoudingsverplichting op te leggen aan uw personeelsleden en andere bij de uitvoering betrokken personen.
U mag de persoonsgegevens niet verder of langer verwerken dan noodzakelijk in het kader van de genoemde activiteiten. U dient zo snel mogelijk na intrekking van uw erkenning installateur alcoholslot alle persoonsgegevens die u namens RDW heeft verwerkt te vernietigen dan wel (indien de bewaartermijnen nog niet zijn verstreken) aan RDW te overhandigen.
De RDW houdt toezicht op de naleving van bovenstaande. Dit toezicht kan tevens worden uitgevoerd door een (externe) onafhankelijke auditor, in welk geval het rapport van de auditor aan de RDW ter hand wordt gesteld.
3.2. Maatregelen
(Zie Algemeen Deel)
Er zijn voor deze paragraaf geen bijzonderheden.
3.3. Typen alcoholsloten
Als erkenninghouder bent u ervoor verantwoordelijk dat alleen aan die typegoedgekeurde alcoholsloten in uw werkplaats werkzaamheden worden verricht, waarvoor u gecertificeerd en gemandateerd bent.
3.4. Handhaving alcoholsloten
Er zijn voor deze paragraaf geen bijzonderheden.
Hoofdstuk 4. Overtredingen en sancties
4.1. Vaststellen van een overtreding
(Zie Algemeen Deel)
Er zijn voor deze paragraaf geen bijzonderheden.
4.2. Zienswijze
In aanvulling op het Algemeen Deel geldt dat in de regel de medewerker van de RDW een afspraak met u maakt over het in persoon naar voren brengen van uw zienswijze en uw bedrijf hiervoor zal bezoeken. Indien u uw zienswijze schriftelijk kenbaar wil maken dan heeft u hiervoor één week de tijd nadat u bent benaderd door de RDW medewerker voor een afspraak.
4.3. Ingangsdatum
Als u een erkenning heeft ten behoeve van uw eigen wagenpark, treedt iedere sanctie onmiddellijk in werking.
4.4. Verjaringstermijn
(Zie Algemeen Deel)
Als grondslag voor de verjaringstermijn geldt de datum van constatering van de overtreding.
4.5. Categorisering overtredingen en stroomschema
(Zie Algemeen Deel)
Voorbeelden van categorie I overtredingen:
- —
niet goed functionerende of defecte apparatuur ter beschikking gesteld tijdens de steekproef;
- —
gegevens in het register niet volledig vastgelegd;
- —
niet vooraf doorgeven van wijzigingen ten aanzien van de erkenning.
Voorbeelden van categorie II overtredingen:
- —
Het onjuist opvoeren van een manipulatiecode bij een manipulatiemelding
- •
onregelmatigheden met betrekking tot de bedrading;
- •
onregelmatigheden met betrekking tot de behuizing;
- •
onregelmatigheden met betrekking tot de aansluitpunten;
- •
onregelmatigheden met betrekking tot de software, of
- •
onregelmatigheden met betrekking tot de verzegeling.
- —
Het onjuist opvoeren van een manipulatiecode bij een manipulatiemelding
Voorbeelden van categorie III overtredingen:
- —
sleutelen in quarantainetijd;
- —
niet geijkte apparatuur ter beschikking gesteld tijdens de steekproef;
- —
geen of onvoldoende medewerking verlenen tijdens een steekproef:
- •
voertuig en/of mobiele installatie-eenheid niet aanwezig;
- •
gekwalificeerde persoon niet aanwezig bij de steekproefcontrole;
- •
vereiste apparatuur niet ter beschikking gesteld.
- —
voertuig niet afgemeld;
- —
installatie door ongekwalificeerde persoon;
- —
onbevoegd gebruik van de pincode;
- —
wissen data zonder terugmelding RDW
- —
gebruik maken van niet geijkte apparatuur;
- —
het niet doen van manipulatie meldingen;
- —
het niet melden van werkzaamheden aan het alcoholslot;
- —
cusumbijdrage van 9,6 of hoger;
- —
driemaal plaatsing in de P-klasse binnen een periode van 12 maanden;
- —
overschrijden van de grenswaarde in de P-klasse;
- —
het niet volledig uitvoeren van de keuring.
Voorbeelden van categorie IV overtredingen:
- —
verbaal en/of fysiek geweld of dreiging daarmee;
- —
niet verlenen van toegang tot de werkplaats;
- —
fraude;
- —
niet nakomen van de financiële verplichtingen na schorsing;
- —
niet binnen de termijn aan de schorsingsvoorwaarden voldoen.
Het is mogelijk dat een overtreding geconstateerd wordt die niet specifiek als voorbeeld benoemd is. De RDW heeft het recht deze overtreding te categoriseren en te sanctioneren.
Meervoudige overtredingen
Indien de som van de een meervoudige overtreding hoger is dan III wordt een sanctie van tijdelijke intrekking voor de duur van 6 maanden opgelegd.
4.6. Soorten sancties
(Zie Algemeen Deel)
Er zijn voor deze paragraaf geen bijzonderheden.
Hoofdstuk 5. Bezwaar en beroep
5.1. Beroep tegen het resultaat van een steekproefherkeuring
In afwijking van het Algemene deel bestaat bij de erkenning installateur alcoholslot niet de mogelijkheid om tegen het resultaat van de steekproefherkeuring in beroep te gaan. Mocht de constatering leiden tot een besluit van de RDW dan kunt u hiertegen wel in bezwaar. In dit verband wordt verwezen naar paragraaf 5.2.
5.1.a. Klacht
Bij klachten van belanghebbenden of constateringen van de politie, IVW, CBR of RDW zal door een deskundige van de RDW onderzocht worden of het alcoholslot ten onrechte is goedgekeurd. Wanneer blijkt dat het slot ten onrechte is goedgekeurd zal dit leiden tot een sanctie.
5.1.1. Hoorzitting
(Zie Algemeen Deel)
Er zijn voor dit onderdeel geen bijzonderheden.
5.1.2. Waarschuwing via datacommunicatie
Het is niet mogelijk om tegen de plaatsing in de P-klasse in beroep te gaan.
5.1.3. Opschorten
(Zie Algemeen Deel)
Er zijn voor dit onderdeel geen bijzonderheden.
5.2. Beroep
(Zie Algemeen Deel)
Er zijn voor deze paragraaf geen bijzonderheden.
5.3. Voorlopige voorziening
(Zie Algemeen Deel)
Er zijn voor deze paragraaf geen bijzonderheden.