Einde inhoudsopgave
Besluit Adviescollege levenslanggestraften
Artikel 4 Taak
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2023
- Bronpublicatie:
06-06-2023, Stcrt. 2023, 18241 (uitgifte: 26-06-2023, regelingnummer: 4671361)
- Inwerkingtreding
01-07-2023
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
06-06-2023, Stcrt. 2023, 18241 (uitgifte: 26-06-2023, regelingnummer: 4671361)
- Vakgebied(en)
Ambtenarenrecht / Algemeen
Penitentiair recht / Bijzondere onderwerpen
1.
Het Adviescollege heeft de volgende taken:
- a.
adviseren voor welke re-integratieactiviteiten een levenslanggestrafte in aanmerking komt;
- b.
het naar aanleiding van de start van een gratieprocedure informeren van de minister over de voortgang van de resocialisatie- en re-integratieactiviteiten van de levenslanggestrafte in die gevallen waarin het Adviescollege eerder een advies als bedoeld in onderdeel a. heeft uitgebracht;
- c.
het op verzoek van de minister adviseren over het aanbieden van re-integratieactiviteiten;
- d.
het op diens verzoek informeren van de Minister over de voortgang van de resocialisatie- en re-integratieactiviteiten van de levenslanggestraften in andere dan de in onderdeel b bedoelde gevallen.
2.
Het eerste advies van het Adviescollege, bedoeld in het eerste lid, onder a, wordt vijfentwintig jaar na aanvang van de detentie uitgebracht.
3.
Uiterlijk drie jaar na het in het tweede lid bedoelde tijdstip wordt aan de hand van een voorstel tot gratieverlening als bedoeld in artikel 19 van de Gratiewet de mogelijkheid tot gratieverlening beoordeeld.
4.
Bij zijn advisering hanteert het Adviescollege de volgende criteria:
- a.
het recidiverisico;
- b.
de delictgevaarlijkheid;
- c.
het gedrag en de ontwikkeling van de levenslanggestrafte gedurende zijn detentie;
- d.
de impact op de slachtoffers en nabestaanden en in de sleutel daarvan de vergelding.
5.
De levenslanggestrafte wordt door het Adviescollege gehoord. De nabestaanden en slachtoffers worden door het Adviescollege gehoord. De hoorzittingen vinden plaats in het Europese deel van Nederland. Degene die zich buiten het Europese deel van Nederland bevindt, wordt niet in persoon maar via een beveiligde videoverbinding gehoord.
6.
Bij het advies als bedoeld in het eerste lid, onder a, bepaalt het Adviescollege tevens binnen welke termijn het Adviescollege een vervolgadvies zal uitbrengen.