V-N Vandaag 2019/2776
A-G volgt uitleg van Hof in proefprocedure veehouders over term aanhorigheden
HR (A-G) 29-10-2019, ECLI:NL:PHR:2019:1096
- Instantie
Hoge Raad (Advocaat-Generaal)
- Datum
29 oktober 2019
- Zaaknummer
19/02762
- Vakgebied(en)
Inkomstenbelasting / Winst
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:65, Uitspraak, Hoge Raad, 17‑01‑2020
Beroepschrift, Hoge Raad, 29‑10‑2019
ECLI:NL:PHR:2019:1096, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 29‑10‑2019
- Wetingang
Essentie
Advocaat-generaal Wattel spreekt zich in een conclusie in een proefprocedure uit over de uitleg van de term ‘aanhorigheden’ in art. 3.30a Wet IB 2001. Volgens de A-G wijzen alle uitlegmethoden op uitleg van ‘aanhorigheden’ als ‘behorende bij, in gebruik bij en dienstbaar aan een gebouw’.
Samenvatting
Belanghebbenden exploiteren in de vorm van een VOF een melkvee- en opfokbedrijf. De inspecteur weigert afschrijving op het strooiselhok, de erfverharding, de mestsilo en de plaat/sleufsilo’s. Dit omdat deze onderdelen volgens hem aanhorigheden zijn van bedrijfsgebouwen waarvan de bodemwaarde ex. art. 3.30a Wet IB 2001 is bereikt. Die ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.