Einde inhoudsopgave
Wet volkshuisvesting, ruimtelijke ordening en milieubeheer BES
Artikel 5.23
Geldend
Geldend vanaf 01-04-2015
- Bronpublicatie:
22-12-2011, Stb. 2012, 27 (uitgifte: 03-02-2012, kamerstukken: 32473)
- Inwerkingtreding
01-04-2015
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
05-03-2015, Stb. 2015, 131 (uitgifte: 31-03-2015, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
- Vakgebied(en)
Milieurecht / Algemeen
Volkshuisvesting en wonen / Algemeen
Ruimtelijk bestuursrecht / Ruimtelijke ordening
1.
In een vergunning kan worden bepaald dat zij slechts geldt voor een daarbij vast te stellen termijn van ten hoogste vijf jaar, indien:
- a.
de inrichting waarop de vergunning betrekking heeft, naar haar aard tijdelijk is;
- b.
uit de aanvraag blijkt dat de vergunning slechts voor een daarbij aangegeven termijn wordt gevraagd;
- c.
dat nodig is in het belang van het ontwikkelen van werkwijzen in de inrichting, die minder nadelige gevolgen voor het milieu veroorzaken;
- d.
dat nodig is in verband met het ontwikkelen van een beter inzicht in de gevolgen van de inrichting voor het milieu.
2.
Bij algemene maatregel van bestuur kunnen categorieën van inrichtingen waarin afvalstoffen nuttig worden toegepast of worden verwijderd, worden aangewezen, ten aanzien waarvan de vergunning, voor zover zij deze handelingen betreft, slechts geldt voor een bij de vergunning te stellen termijn van ten hoogste tien jaar. Bij de algemene maatregel van bestuur, bedoeld in de eerste volzin, kan worden bepaald dat de aanwijzing slechts betrekking heeft op daarbij aangegeven categorieën van gevallen.
3.
In een vergunning wordt bepaald dat zij slechts geldt voor een daarbij aangegeven termijn, voor zover dat is bepaald bij een algemene maatregel van bestuur, die is vastgesteld ter uitvoering van een voor de openbare lichamen verbindend verdrag of een voor de openbare lichamen verbindend besluit van een volkenrechtelijke organisatie. De bij de algemene maatregel van bestuur, bedoeld in de eerste volzin, aangegeven termijn kan zo nodig afwijken van de in het eerste en tweede lid genoemde termijnen.