Einde inhoudsopgave
Luchthavenverkeerbesluit Schiphol
Artikel 3.2.1
Geldend
Geldend vanaf 10-10-2008
- Redactionele toelichting
Het paragraafopschrift is gewijzigd bij het KB van 18-09-2008, Stb. 390 (iwtr. 08-10-2008).
- Bronpublicatie:
26-11-2002, Stb. 2002, 592 (uitgifte: 17-12-2002, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
10-10-2008
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
26-11-2002, Stb. 2002, 593 (uitgifte: 01-01-2002, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer
- Vakgebied(en)
Vervoersrecht / Luchtvervoer
1.
Na de landing van een driemotorig of een viermotorig straalvliegtuig op de luchthaven draagt de gezagvoerder er zorg voor dat het vliegtuig met één uitgeschakelde motor van de landingsbaan naar de afhandelingsplaats taxiet.
2.
De gezagvoerder kan afwijken van het eerste lid indien naleving van dat lid naar het oordeel van de gezagvoerder onveilig is of aan de normale operatie van het vliegtuig in de weg staat.