Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) 2021/1057 tot oprichting van het Europees Sociaal Fonds Plus (ESF+) en tot intrekking van Verordening (EU) nr. 1296/2013
Artikel 22 Subsidiabiliteit van uitgaven
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2021
- Bronpublicatie:
24-06-2021, PbEU 2021, L 231 (uitgifte: 30-06-2021, regelingnummer: 2021/1057)
- Inwerkingtreding
01-07-2021
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
24-06-2021, PbEU 2021, L 231 (uitgifte: 30-06-2021, regelingnummer: 2021/1057)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Financiering
Sociale zekerheid algemeen / Bijzondere onderwerpen
1.
De volgende kosten van de ESF+-steun ter bestrijding van materiële deprivatie zijn subsidiabel:
- a)
de kosten voor de aankoop van voedselhulp en/of materiële basishulp, met inbegrip van de kosten die verband houden met het vervoer van voedselhulp en/of materiële basishulp naar de begunstigden die deze voedselhulp en/of materiële basishulp aan de eindontvangers verstrekken;
- b)
indien het vervoer van de voedselhulp en/of de materiële basishulp naar de begunstigden die deze onder de eindontvangers verdelen, niet onder punt a) valt, de door de aankopende instantie gedragen kosten die verband houden met het vervoer van de voedselhulp of materiële basishulp naar de opslagplaatsen en/of de begunstigden, alsmede de opslagkosten tegen een vast tarief van 1 % van de in punt a) bedoelde kosten of, in naar behoren gemotiveerde gevallen, de daadwerkelijk gemaakte en betaalde kosten;
- c)
de administratieve, vervoers-, opslag- en voorbereidingskosten die door de bij de verdeling van voedselhulp en/of materiële basishulp aan de meest behoeftige personen betrokken begunstigden worden gedragen, tegen een vast tarief van 7 % van de in punt a) bedoelde kosten of 7 % van de waarde van het overeenkomstig artikel 16 van Verordening (EU) nr. 1308/2013 afgezette voedsel;
- d)
de kosten voor de inzameling, het vervoer, de opslag en de verdeling van voedseldonaties en daarmee rechtstreeks verband houdende voorlichtingsactiviteiten, en
- e)
de kosten van begeleidende maatregelen door of namens begunstigden die zijn gemeld door de begunstigden die de voedselhulp en/of de materiële basishulp aan de meest behoeftige personen verstrekken, tegen een vast tarief van 7 % van de in punt a) bedoelde kosten.
2.
Kosten voor de voorbereiding van voucher- of kaartsystemen in elektronische of andere vorm, en de overeenkomstige exploitatiekosten zijn subsidiabel in het kader van technische bijstand, mits zij worden gedragen door de beheerautoriteit of een andere overheidsinstantie die geen begunstigde is die de vouchers of kaarten aan eindontvangers verstrekt, of op voorwaarde dat zij niet worden gedekt door de in lid 1, punt c), bedoelde kosten.
3.
Een verlaging van de in lid 1, punt a), bedoelde subsidiabele kosten als gevolg van inbreuken op het toepasselijke recht door de instantie die verantwoordelijk is voor de aankoop van voedselhulp en/of materiële basishulp, leidt niet tot een verlaging van de in lid 1, punten c) en e), bedoelde subsidiabele kosten.
4.
De volgende kosten zijn niet subsidiabel:
- a)
de debetrente;
- b)
de aankoop van infrastructuur, en
- c)
de kosten voor tweedehandsgoederen.