RvdW 2014/554
Profiteren van wanprestatie (schending voorkeursrecht huurder) onrechtmatig?; maatstaf; bijzondere omstandigheden; onevenredigheid belangen.
HR 28-03-2014, ECLI:NL:HR:2014:740 (Joba)
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
28 maart 2014
- Magistraten
Mrs. F.B. Bakels, C.A. Streefkerk, G. Snijders, G. de Groot, T.H. Tanja-van den Broek
- Zaaknummer
13/02184
- Conclusie
A-G mr. J. Spier
- Roepnaam
Joba
- Vakgebied(en)
Huurrecht / Algemeen
Verbintenissenrecht / Aansprakelijkheid
Verbintenissenrecht / Onrechtmatige daad
Verbintenissenrecht / Overeenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2014:740, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 28‑03‑2014
ECLI:NL:PHR:2014:217, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 10‑01‑2014
Beroepschrift, Hoge Raad, 19‑04‑2013
- Wetingang
Art. 6:162 BW
Essentie
Profiteren van wanprestatie (schending voorkeursrecht huurder) onrechtmatig?; maatstaf; bijzondere omstandigheden; onevenredigheid belangen.
Nu de eiseres tot cassatie ten tijde van de totstandkoming van de door haar als koper gesloten koopovereenkomsten niet bekend was met het voorkeursrecht van verweerder in cassatie, stond het haar in beginsel vrij, ook nadat zij alsnog van dat recht op de hoogte raakte, om de nakoming van die overeenkomsten na te streven, ook door vervroeging van de levering. Zodanige handelwijze kan onder bijzondere omstandigheden onrechtmatig zijn jegens degene die zoals verweerder een voorkeursrecht heeft dat daardoor wordt gefrustreerd, waarbij met name valt te denken ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.