Einde inhoudsopgave
RvdW 2013/1430
Opeisbaarheid geldlening voor afloop van de termijn waarvoor deze was aangegaan. Geen misbruik van omstandigheden bij totstandkoming van de overeenkomst, art. 3:44 BW. Uitleg overeenkomst, geen oneerlijk beding. Feitelijke grondslag en ambtshalve aanvulling van de rechtsgronden, art. 24 en 25 Rv. Art. 81 lid 1 RO.
HR 29-11-2013, ECLI:NL:HR:2013:1460
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
29 november 2013
- Magistraten
Mrs. A.M.J. van Buchem-Spapens, C.E. Drion, G. de Groot
- Zaaknummer
12/04263
- Conclusie
A-G mr. F.F. Langemeijer
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Vermogensrecht / Algemeen
Verbintenissenrecht / Overeenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2013:1460, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 29‑11‑2013
ECLI:NL:PHR:2013:880, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 20‑09‑2013
Essentie
Opeisbaarheid geldlening voor afloop van de termijn waarvoor deze was aangegaan. Geen misbruik van omstandigheden bij totstandkoming van de overeenkomst, art. 3:44 BW. Uitleg overeenkomst, geen oneerlijk beding. Feitelijke grondslag en ambtshalve aanvulling van de rechtsgronden, art. 24 en 25 Rv. Art. 81 lid 1 RO.
Partij(en)
[eiser], eiser tot cassatie, adv.: mr. H.H.M. Meijroos,
tegen
Edange Holding B.V., te Wassenaar, verweerster in cassatie, adv.: mr. P.J.M. von Schmidt auf Altenstadt.
Conclusie
Conclusie A-G mr. F.F. Langemeijer:
1. De feiten en het procesverloop
1.1.
In cassatie kan worden uitgegaan van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.