BNB 2024/116
Niet overtuigend aangetoond dat gebruikelijk loon willens en wetens niet is aangegeven
HR 04-10-2024, ECLI:NL:HR:2024:1394, m.nt. A.O. Lubbers
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
4 oktober 2024
- Magistraten
Mrs. Van Hilten, Faase, Cools
- Zaaknummer
23/00009
- Noot
A.O. Lubbers
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS983213:1
- Vakgebied(en)
Fiscaal bestuursrecht / Aangifte
Loonbelasting / Loon
Fiscaal bestuursrecht / Boete
Inkomstenbelasting / Aanmerkelijk belang (box 2)
- Brondocumenten
Beroepschrift, Hoge Raad, 04‑10‑2024
ECLI:NL:HR:2024:1394, Uitspraak, Hoge Raad, 04‑10‑2024
- Wetingang
Essentie
Niet overtuigend aangetoond dat gebruikelijk loon willens en wetens niet is aangegeven
Samenvatting
Belanghebbende heeft in de jaren 2014 tot en met 2017 arbeid verricht voor een BV waarvoor zij geen beloning heeft ontvangen of verantwoord in haar aangiften IB/PVV. Volgens de Inspecteur had belanghebbende gebruikelijk loon in aanmerking moeten nemen, omdat zij en haar echtgenoot in die jaren een aanmerkelijk belang in de BV hadden. In verband daarmee heeft de Inspecteur aan belanghebbende (navorderings)aanslagen met (voor de jaren 2015 tot en met 2017) vergrijpboeten wegens opzet opgelegd. Het Hof laat de vergrijpboeten in stand. Belanghebbende heeft weliswaar verklaard ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.