Einde inhoudsopgave
Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Bondsrepubliek Duitsland nopens het verloop van de gemeenschappelijke landgrens, de grenswateren, het grondbezit in de nabijheid van de grens, het grensoverschrijdende verkeer over land en via de binnenwateren en andere met de grens verband houdende vraagstukken (Grensverdrag)
Artikel 42
Geldend
Geldend vanaf 01-08-1963
- Bronpublicatie:
08-04-1960, Trb. 1960, 68 (uitgifte: 18-07-1960, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-08-1963
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
31-07-1963, Trb. 1963, 114 (uitgifte: 01-01-1963, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Bijzondere onderwerpen
1.
De Bondsrepubliek Duitsland ziet ten aanzien van het doorgaand verkeer af van de inning van in- en uitvoerrechten en andere heffingen terzake van de in- en uitvoer alsmede van de eis tot het stellen van zekerheid, indien de voorgeschreven procedure in acht wordt genomen. Indien deze procedure niet in acht wordt genomen, moeten de verschuldigde rechten en heffingen worden voldaan, indien niet wordt aangetoond dat de goederen of de middelen van vervoer onveranderd naar Nederland zijn teruggebracht.
2.
De Bondsrepubliek Duitsland ziet ten aanzien van het doorgaand verkeer af van de inning van de motorrijtuigenbelasting en de ‘Beförderungssteuer’ (vervoersbelasting) alsmede van toekomstige soortgelijke belastingen.